14 FEBRUARI : SINT VALENTIJN

Luc Cielen in Rinkkrant 620 van 7 februari 2003


Er bestaan dubbelsterren, twee sterren die om elkaar heen draaien en vanaf de

aarde gezien één ster lijken. Zo is het ook met Valentinus. Het gaat om twee

heiligen, die vanuit onze tijd gezien, maar één heilige blijken te zijn. Het gaat

om Valentinus van Rome en Valentinus van Terni, die beiden in 269 gestorven zijn in Rome, maar wiens levens in de legenden en verhalen helemaal dooreen lopen. Wat nu eens over de een wordt verteld, vind je elders over de ander verkondigd. Laat ik het maar hebben over Valentinus tout court, want dat is nog een van de weinige heiligen die door iedereen gekend is.

 

Hij is in Rome de marteldood gestorven op 14 februari 269. Waarom werd hij gemarteld ? omdat hij de blinde dochter van Asterius, stadhouder van Rome, genas, waarop Asterius en zijn hele familie zich tot het christendom bekeerde en Asterius alle christenen uit de gevangenissen bevrijdde. Dat was niet naar de zin van keizer Claudius Goticus. Die liet Valentinus martelen en onthoofden. Zijn stoffelijk overschot werd begraven bij de tweede mijlpaal langs de Via Flaminia. Daar zal later een basiliek ter ere van Valentinus gebouwd worden.

 

Als bisschop had Valentinus eens het huwelijk ingezegend van de christelijke Serapia en de heiden Sabinus. Nu bleek dat huwelijk zeer voorspoedig te verlopen en dat spoorde andere trouwlustige koppeltjes aan om hun huwelijk ook door Valentinus te laten inzegenen. Komt daar zijn patronaatschap van de geliefden vandaan ? Dat weten we niet. Wel is het een feit dat in Engeland, Frankrijk en de Lage Landen vanaf de veertiende eeuw Valentijnsdag werd gevierd. Er werd in het dorp een jongen gekozen als Valentijn en een meisje als Valentina. Die werden symbolisch met elkaar verloofd en bleven dat gedurende een jaar. Geoffrey Chaucer, middeleeuws auteur van de ‘Canterbury Tales’, beweert dat de gewoonte om Valentijnsdag te vieren niets met Valentijn te maken heeft, maar alles met het volksgeloof dat beweert dat op 14 februari de vogels beginnen te paren. Daarom is de haan, de meest potente van alle vogels, ook het zinnebeeld van Valentinus. Andere auteurs beweren met stelligheid dat de Valentijnsgebruiken afstammen van de voorchristelijke fakkelommegangen die verwezen naar de bruidstocht van de liefdesgod Freyr naar zijn geliefde Gerda. Weer anderen zeggen dat het feest een restant is van de Lupercalia die op 15 februari werden gevierd in Rome. Maar daarvan weten we dat het feest door de paus werd omgevormd tot Lichtmis, dat op 2 februari wordt gevierd. Zeker is dat er in 1465 een aartsbroederschap bestond dat geld inzamelde voor jonge meisjes. Op 14 februari werd dat dan aan de meisjes overhandigd als bruidsschat, waarop die zich dan een jongen konden permitteren. In elk geval, het Valentijnsgebruik verhuisde met emigranten mee naar Amerika, waar het een nieuwe bloei kende en zo terugkeerde naar Europa, met alle kitscherige gevolgen van dien en Valentinus’ naam een iets minder gunstige bijklank kreeg. Maar dat kan toch niet de reden geweest zijn dat een onverlaat in 1986 het hoofd van Valentinus uit de Basilica di San Valentino roofde. Gelukkig vond men het drie jaar later terug, in krantenpapier gewikkeld, in een park.

 

Valentinus, de alom gekende patroon van de geliefden, is ook de beschermer van de imkers, van de molenaars en de schippers (omdat op 14 februari de wind altijd gunstig waait). Hij is de behoeder van het huwelijk. Hij beschermt het zaad tegen mollen, behoedt het vee en kan aangeroepen worden tegen epilepsie of vallende ziekte. Dat laatste gewoon omdat zijn naam lijkt op het woord ‘vallen’.

Op afbeeldingen zie je meestal een kreupel kind aan zijn voeten liggen. Dat verwijst naar het feit dat hij ooit een mismaakte man had genezen. Die afbeelding zou mee aan de basis gelegen hebben van zijn macht over de vallende ziekte.

 

Limburg kent zijn eigen Valentijn : de zalige Valentinus Paquay (1828 - 1905). Een uit Tongeren afkomstige pater die in Hasselt in een klooster zijn leven sleet. Hij bracht het overgrote deel van zijn tijd in de biechtstoel door, waar honderden mensen hem hun zonden kwamen biechten. Er werd over hem gezegd dat hij in het geweten van de mensen kon kijken en dat hij de toekomst kon voorspellen. Na zijn dood kreeg hij een praalgraf, waar nog dagelijks vele tientallen Limburgers aanschuiven om zijn gunsten af te smeken. Heilig is hij voorlopig nog niet, maar gezien de activiteiten van de huidige paus kan dat toch niet lang meer duren.