Inoefenen van open en gesloten lettergreep en de daarbij horende spelling van klinker en medeklinker in de derde klas

 

Luc Cielen

E-mail aan Katrien Van Geel, leerkracht derde leerjaar Rinkrank

05 november 2006

 

 

Verschil klinker – medeklinker:

 

In mijn jarenlange ervaring doorheen de verschillende klassen van de lagere school heb ik gemerkt dat het voor sommige kinderen ontzettend lang duurt om te begrijpen wanneer in een woord een medeklinker moet verdubbeld worden of een klinker mag weggelaten worden. Dat komt soms omdat ze steeds weer vergeten wat het verschil is tussen een klinker en een medeklinker. En wat het verschil is tussen een open en een gesloten lettergreep. Om die reden moet steeds opnieuw begonnen worden vanaf het begin. Bijna in elke taalperiode, en zeker elk schooljaar. Dat gaat als volgt: (zowel mondeling als schriftelijk maar steeds met het schriftbeeld voor ogen, dus niet zomaar uit het hoofd – al kan dat natuurlijk ook wel eens, maar dat is veel moeilijker)

 

 

EERSTE STAP

Benoem de klinkers: a  e  i  o u ij(y)

Benoem de medeklinkers: b  c  d  enz…

Duid in een woord de klinkers aan (geef die een kleur). Duid de medeklinkers aan (geef die een andere kleur).

 

 

TWEEDE STAP:

Alleen met de klinkers a, e, o en u   (dus niet met de klinker i)

De uitspraak van de klinker oefenen:

 

a   kan zowel kort (gedekt) als lang (ongedekt) klinken. Het speelt geen rol of de lettergreep open of gesloten is. Bijvoorbeeld in het woord Kapellen klinkt de a kort, ook al staat ze in een open lettergreep.

Aa klinkt meestal lang en staat meestal in een gesloten lettergreep. Uitzondering: laatje (als je dit splitst, dan krijg je la-tje)

 

E kan zowel kort als lang als dof klinken  (bv in het woord renderen komt de e driemaal voor, maar telkens met een andere klank: eerst helder kort, dan lang en dan dof)

Ee kan zowel kort (zelfs dof) als lang klinken; In het onbepaald lidwoord “een” hoor je een korte doffe e-klank        

           

O kan zowel kort als lang klinken in open en gesloten lettergrepen

OO klinkt meestal lang en staat meestal in een gesloten lettergreep. Uitzondering: strootje. Als je dit splitst krijg je stro-tje

 

U kan zowel kort als lang klinken

UU klinkt meestal lang en vind je meestal in gesloten lettergrepen. Behalve bijvoorbeeld : parapluutje. Gesplitst geeft dat pa-ra-plu-tje

 

 

Hoe kan je dit allemaal oefenen in een derde klas (vierde – vijfde - zesde klas)?

Door visuele dictees te geven: woorden dicteren, laten lezen en laten opschrijven. Aandacht vragen voor de klanken van elke klinker en klinkercombinatie. Dus steeds uitgaan van het visuele beeld. Niet vanuit het gehoor (niet enkel auditief dictee dus).

 

 

DERDE STAP

Splits woorden in lettergrepen.

Laat de laatste letter van elke lettergreep benoemen als klinker of als medeklinker  (kan weer met kleur)

Is de laatste letter van een lettergreep een klinker, dan is het een OPEN lettergreep : steeds erbij laten zeggen of schrijven

Is de laatste letter van een lettergreep een medeklinker, dan is het een GESLOTEN lettergreep. Steeds erbij laten zeggen of schrijven

 

 

VIERDE STAP

Steeds uitleg vragen in de juiste volgorde.

Een voorbeeld

Op het bord staat het woord  VEGEN

Schrijf dat op, en splits het:  Ve – gen

Geef de klinkers een kleur

Geef de medeklinkers een andere kleur

Hoe klinkt de e in ve?

Lang

Waarom?

Omdat het een open lettergreep is.

Hoe klinkt de e in ven?

Kort (dof)

Waarom?

Omdat het een gesloten lettergreep is.

 

Als dit dagelijks gedaan wordt in de mondelinge herhaling (met visueel woordbeeld !!!) dan kan er een beter begrip ontstaan voor de schrijfwijze van klanken in open en gesloten lettergrepen.

Dit is een werkwijze vanuit INZICHT, en is tegengesteld aan de werkwijze die in de tweede klas werd gebruikt, waar we vanuit het zelf woorden zoeken in het meervoud kwamen tot het enkelvoud. Nu mag en moet dit dus omgedraaid worden: van enkelvoud naar meervoud.

 

Zo krijgen we : boom   en bo-men

Waarom 2 o’s in boom?

Antwoord: lange klank in gesloten lettergreep: dus 2 o’s

Waarom 1 o in bo-men?

Antwoord: lange klank in open lettergreep, dus 1 o is voldoende. (We moeten niet meer schrijven dan nodig is, we moeten niet te hard werken. Omdat we weten dat 1 o ook als een lange klank kan klinken).

 

En zo hebben we de regel gevonden.

 

 

 

Bij de verdubbeling van de medeklinker kunnen we helemaal niet meer vanuit het auditieve vertrekken, daar geldt vooral het schriftbeeld, het visuele beeld.

De a in trap klinkt net hetzelfde als de a in trappen.

Auditief werkend kunnen en mogen we niet (splitsend) zeggen: trap  -  pen. Dat heeft geen zin en is eigenlijk ook fout. We moeten zeggen tra-pen. (met korte a-klank, zoals in Ka-pel-len). Het visuele beeld is dus ALTIJD erbij nodig.

 

Een voorbeeld:

Schrijf het woord trap.

Zet het in het meervoud (voeg –en toe) Hoe lezen we dat nu en splitsen we dat? Tra-pen. Dat kan niet. Wat moet ik doen om trappen te krijgen? De a afdekken met een medeklinker. Welke medeklinker? De p.

Het gaat er dus om om de ware reden van de verdubbeling te geven. Die dient gewoon om de klinker gedekt (kort) te houden. Anders zouden we het woord fout kunnen lezen.

De verdubbeling van de medeklinker is dus alleen nodig om fouten bij het lezen te vermijden. Er is geen andere reden.

Daarom moeten we ook vertrekken van het lezen om deze regel te vinden en duidelijk te maken.

 

Je kan bijvoorbeeld deze oefening dagelijks maken:

 

Schrijf een zin op het bord (die mag gerust een week lang blijven staan), maar als je voelt dat zowat elke kind het doorheeft, en er verveling optreedt bij het oefenen, dan vervang je de zin door een nieuwe.

Bijvoorbeeld de volgende zin:

 

We stoten twee weken lang iedere dag drie stokken om in de turnzaal.

 

Lees de zin, laat nalezen (individueel, groepjes, klassikaal)

Lees de medeklinkers in die zin :  W  s t t n t w k n …. (je kan dat ook laten opschrijven). Laat ze benoemen zoals in het  ABC (aa, bee, cee, dee enz) en laat ze benoemen zoals ze klinken in de woorden (wwww, ssss, t (alleen klaarzetten van de tong) enz.

Lees de klinkers in die zin: e  o  e  e  e  e  e  a  i  e  e   e  a   (je kan dat ook laten opschrijven). Laat ze uitspreken zoals in de het ABC en laat ze lezen zoals ze in de zin te horen zijn (dus met onderscheid kort – lang)

Splits de woorden in lettergrepen

Maak onderscheid tussen open en gesloten lettergrepen (met kleur)

Nu de WAAROM vragen:

We: waarom korte e? Omdat op het einde van een woord een e altijd kort is. (Of dof)

Sto-: klinkt lang, en toch maar 1 o, waarom? Lange klank in een open lettergreep

Ten: 1 e afgedekt met een medeklinker: korte klank

Twee: waarom 2 e’s? Op het einde van een woord moet de lange klank e met twee e’s geschreven worden. Zoniet klinkt hij als een doffe e

We- klinkt lang, toch maar 1 e, waarom? Lange klank in open lettergreep moet maar met 1 e geschreven worden

Enz…

 

 

Samengevat:

 

Eerst goed onderscheid leren tussen klinker en medeklinker

Dan goed laten beseffen dat één klinker zowel een korte als een lange klank kan voorstellen

Dan goed laten beseffen wat een lettergreep is. (heel belangrijk, want daar wringt dikwijls het schoentje) (maar let op: een lettergreep is géén klankgreep, zoals je merkt bij trappen. De klankgrepen zijn: tra-pen (korte a !!), de lettergrepen zijn trap-pen) Het onderscheid tussen klankgreep en lettergreep hoef je in een derde klas niet te maken. Dat wil zeggen dat je alleen vanuit het visuele kan vertrekken (woordbeeld), dus niet uitsluitend auditief. Als we auditief bezig zijn met splitsen, dan hebben we het over klankgrepen; zijn we visueel met splitsen bezig, dan hebben we het over lettergrepen.

Dan goed het verschil tussen open en gesloten lettergrepen laten leren

Dan laten beseffen dat de klinkers a, o, e en u in een open lettergreep lang (kunnen) klinken.

Om die reden hoeven ze in een open lettergreep maar met 1 klinker geschreven te worden.

Om te vermijden dat ze lang gaan klinken, moeten we de kortklinkende klinkers (a, e, o en u) extra afdekken met een medeklinker.  (verdubbeling van de medeklinker)