6 januari: DRIEKONINGEN -
EPIPHANIE - THEOPHANIE
Dit feest herdenkt 4 feiten:
de aanbidding van de wijzen
de doop van Jezus in de Jordaan
verandering van water in wijn (Kana)
de broodvermenigvuldiging: 5000 mensen gevoed met 5 broden
Het feest heeft 4 namen:
Epiphanie (Driekoningen)
Theophanie (doop)
Bethanie (water-wijn in Kana)
Phagiphanie (broodvermenigvuldiging)
13 dagen na de geboorte kwamen de wijzen in Bethlehem.
Hun namen waren:
GRIEKS : Apellios
Amerios
Damascos
HEBREEUWS: Galgalat
Malgalath
Sarathin
LATIJN: Gaspard
Balthasar
Melchior
Johannes Chrysostomus schrijft dat de verschijning van de ster als volgt
gebeurde:
De drie koningen of wijzen waren astrologen die, van vader op zoon,
elke maand drie dagen op een hoge berg doorbrachten om daar uit te
kijken naar de ster die voorspeld was door de profeet Balaam. In de
nacht dat Christus werd geboren verscheen de ster en ze had een
bijzondere vorm: die van een wonderlijk kind met een kruis van vuur op
het hoofd. Deze ster zei tot hen: "Ga snel naar het land Juda, ge zult
er een pasgeboren kind vinden dat de koning is die gij verwacht."
De middeleeuwers vroegen zich wel af hoe het mogelijk was dat de drie
wijzen op 2 weken vanuit het oosten in Jeruzalem konden zijn. De heilige Remigius opperde dat het goddelijke kind hen zelf had geleid, maar het kan
ook zijn, dat ze gekomen waren zittend op dromedarissen, en die leggen per
dag een afstand af waar paarden gewoonlijk drie dagen over doen.
De middeleeuwers hadden ook problemen met de ster. Wat was dat voor een
ster? Volgens sommigen was het de Heilige Geest zelf die deze vorm had
aangenomen. Volgens anderen was het een engel en volgens de meer nuchteren
was het een nieuw geschapen ster (een nova) die na haar verschijning weer
werd opgenomen in de baarmoeder van het universum. Bovendien had men vragen
over de plaats van die ster aan de hemel. Men dacht dat die ster niet aan
het firmament stond, maar in de lucht hing, dicht bij de aarde. Ze was
bovendien zo schitterend en stralend dat ze zelfs overdag te zien was en
lichter was dan de zon. En ten slotte ging ze voor de drie koningen uit, net
zoals een levend wezen dat zou doen. Ze volgde dus niet de dagelijkse
kringloop van de sterren, al bewoog ze dus toch wel van oost naar west,
zoals alle sterren dat doen, gezien van op aarde.
En dan de geschenken. In de middeleeuwen dacht men dat het de gewone
geschenken waren die de Perzen en de Chaldeeën aan goden gaven. Men ging
trouwens nooit naar een god zonder deze geschenken. Sint-Bernardus beweerde dat het goud diende om de armoede van Maria
te lenigen. Wierook gaven de drie koningen om de stank van de stal te
verdrijven en de mirre gaven ze om het kind mee in te wrijven, zodat de
wormpjes in de buik zouden verdwijnen. Hij zegt ook dat het goud symbool
stond voor het koningschap van Jezus, de wierook voor zijn goddelijkheid en
de mirre voor zijn stoffelijkheid. Goud staat bovendien ook symbool voor de
liefde, wierook voor het gebed en mirre voor de sterfelijkheid en dus ook
nederigheid.
Vele jaren later ondergingen de drie koningen het lot van ieder mens: ze
stierven. Hun lichamen werden zo’n drie eeuwen later teruggevonden door de
heilige Helena die de stoffelijke resten overbracht
naar Constantinopel (Byzantium-Istanbul). De heilige Eustorgus, bisschop van Milaan, bracht ze
later over naar zijn stad. Maar keizer Hendrik liet ze overbrengen naar
Keulen, waar ze sindsdien rusten en een grote verering genieten (genoten).
De namen van de drie koningen. Wie is wie? Een jaarlijks weerkerende
vraag waarop nooit met zekerheid kan geantwoord worden. Ten eerste zijn de
namen van de drie wijzen verzonnen en weet niemand welke naam bij welke
koning hoort. Iedereen heeft een eigen interpretatie.
Matteüs geeft geen namen, en zijn tekst is de enige bron waaruit we iets
weten over het bezoek van de wijzen. Hij schrijft trouwens niet eens of er
drie of meer wijzen waren betrokken bij het bezoek. De enige informatie over
het aantal gaat terug op zijn vermelding dat er drie geschenken werden
gegeven: goud, wierook en mirre.
Jacobus de Voragine geeft in de 13e eeuw de namen, zowel in het Grieks,
het Hebreeuws als het Latijn. Het zijn de Latijnse namen die bij ons bekend
zijn. Maar Jacobus spreekt zich niet uit over wie welke naam draagt. De drie
wijzen zijn bij hem duidelijk alle drie van Perzische afkomst. Bovendien
kenden ze elkaar gezien het feit dat ze elke maand een wake hielden op een
hoge berg. Het is alleen niet duidelijk of ze dat samen deden op een en
dezelfde bergtop of dat ze dit ieder afzonderlijk deden op drie
verschillende toppen.
DRIEKONINGEN, 6 januari
Luc Cielen in Rinkkrant 816 van 23 december 2004
Als je JASPER heet, dan heb je veel te maken met een van de drie koningen. Welke? Dat lees
je wel even verderop in deze tekst.
Het verhaal over het bezoek van de drie wijzen of koningen kon je al lezen in de vorige
Rinkkrant. Dat is dus gekend.
Maar de vraag die velen bezig houdt is: Wie is
wie en geeft wat?
Wie is Melchior en wat schenkt hij aan het
kindje?
Wie is Balthazar en wat is zijn
geschenk?
En wie is Kaspar en wat geeft hij aan de moeder
van het kind?
Er zijn al heel wat discussies daarover gevoerd,
maar een afdoend antwoord schijnt niet zo voor de hand te liggen, dus keert de
vraag jaarlijks weer.
Volgens de Winkler Prinsencyclopedie is Kaspar de zwarte koning. Maar zijn geschenk
wordt niet genoemd.
In de Santenkraam der Roomse Kerk van Van Setten lees
ik dat Melchior een man is van 60 jaar oud en goud geeft. Balthazar is 40 jaar en schenkt
wierook; Kaspar, de zwarte koning, is 20 jaar oud en schenkt mirre.
Stijn Van der Linden in zijn boek De heiligen gaat niet akkoord met de
Santenkraam. Hij
beweert dat Kaspar, de zwarte koning, 20 jaar oud is en wierook schenkt. Dat klopt dus wel wat de
leeftijd en de huidskleur
betreft, maar niet wat het geschenk aangaat. Melchior (en dus niet Balthazar) is hier 40 jaar
oud en schenkt goud. Het geschenk klopt, de leeftijd niet. Balthazar is 60 jaar oud en schenkt
de mirre. Opvallend is dat Balthazar hier een gele huidskleur heeft.
Wim Zaal in zijn boek Alle Heiligen verkondigt nog iets anders over de koningen. Bij hem
draagt Kaspar het goud, is hij afkomstig uit Afrika en dus zwart, en is hij een afstammeling
van Cham, een van de zonen van Noach. Melchior is een afstammeling van Sem, ook een
zoon van Noach, van wie trouwens alle Semieten afstammen. Hij draagt de wierook en is
afkomstig uit Azië. Balthazar is een afstammeling van Japhet, ook een zoon van Noach, komt
uit Europa en draagt de mirre.
Maar als ik in Keulen naar het schrijn van de Drie Koningen ga zien, dan ziet het er zo uit:
Caspar (met een C geschreven) heeft een baard en een snor, is van middelbare leeftijd en
draagt een kistje dat hoogstwaarschijnlijk het goud bevat. Melchior is in Keulen de jongste
van de drie, is dan ook baardloos. Hij draagt het wierookvat. De oudste van het gezelschap
heet Balthazar, heeft baard en snor en draagt een kelk waarin vermoedelijk de mirre zit.
En dan zijn er nog enkele andere versies te vinden in andere boeken en beelden.
Maar hoe was het dan écht?
Dat weet niemand. Matteüs, de enige evangelist die iets over het bezoek van de wijzen vertelt,
zegt niets over namen, huidskleur en afkomst. Hij schrijft alleen dat er wijzen waren die 3
geschenken gaven. Net voldoende om de fantasie aan het werk te zetten.
Pas in de 8e eeuw
duiken de namen van de drie koningen op. Jacobus de Voragine (13e eeuw) geeft ze in drie
talen:
GRIEKS : Apellios
Amerios
Damascos
HEBREEUWS: Galgalat
Malgalath
Sarathin
LATIJN: Gaspard
Balthasar
Melchior
De Voragine vertelt er verder bij dat ze alle drie Perzen waren, die elkaar
waarschijnlijk ook kenden. Uit zijn Gouden Legende komt volgend verhaal:
‘Johannes Chrysostomos schrijft dat de verschijning van de ster als volgt gebeurde:
De drie koningen of wijzen waren astrologen die, van vader op zoon, elke maand drie dagen
op een hoge berg doorbrachten om daar uit te kijken naar de ster die voorspeld was door de
profeet Balaam. In de nacht dat Christus werd geboren verscheen de ster en ze had een
bijzondere vorm: die van een wonderlijk kind met een kruis van vuur op het hoofd. Deze ster
zei tot hen: “Ga snel naar het land Juda, ge zult er een pasgeboren kind vinden dat de koning
is die gij verwacht.”’
De middeleeuwers vroegen zich wel af hoe het mogelijk was dat de drie wijzen op 2 weken
vanuit het oosten in Jeruzalem konden zijn. De heilige Remigius, de bisschop van Reims die
Clovis doopte, opperde dat het goddelijke kind hen zelf had geleid, maar het kan ook zijn,
beweert De Voragine, dat ze gekomen waren zittend op dromedarissen, en die leggen per dag
een afstand af waar paarden gewoonlijk drie dagen over doen.
De middeleeuwers hadden ook problemen met de ster. Wat was dat voor een ster? Volgens
sommigen was het de Heilige Geest zelf die deze vorm had aangenomen. Volgens anderen
was het een engel en volgens de meer nuchteren was het een nieuw geschapen ster (een nova)
die na haar verschijning weer werd opgenomen in de baarmoeder van het universum.
Bovendien had men vragen over de plaats van die ster aan de hemel. Men dacht dat de ster
niet aan het firmament stond, maar in de lucht hing, dicht bij de aarde. Ze was bovendien zo
schitterend en stralend dat ze zelfs overdag te zien was en lichter was dan de zon. En ten slotte
ging ze voor de drie koningen uit, net zoals een levend wezen dat zou doen. Ze volgde dus
niet de dagelijkse kringloop van de sterren.
En dan de geschenken. In de Middeleeuwen dacht men dat het de gewone geschenken waren
die de Perzen en de Chaldeeën aan goden gaven. Men ging trouwens nooit naar een god
zonder deze geschenken. Sint Bernardus (naar wie de berg op de grens tussen Zwitserland en
Italië werd genoemd) beweerde dat het goud diende om de armoede van Maria te lenigen.
Wierook gaven de drie koningen om de stank van de stal te verdrijven en de mirre gaven ze
om het kind mee in te wrijven, tegen de wormpjes in de buik. Hij zegt ook dat het goud
symbool stond voor het koningschap van Jezus, de wierook voor zijn goddelijkheid en de
mirre voor zijn stoffelijkheid. Goud staat bovendien ook symbool voor de liefde, wierook
voor het gebed en mirre voor de sterfelijkheid en dus ook nederigheid.’
Na vele, vele jaren - het schijnt dat ze net lang genoeg bleven leven om door de apostel
Thomas bekeerd te worden en om zelfs nog te gaan missioneren in Indië - ondergingen de drie
koningen het lot van ieder mens: ze stierven. Hun lichamen werden zo’n drie eeuwen later
teruggevonden door de heilige Helena die de stoffelijke resten overbracht naar
Constantinopel. Helena was specialiste in het terugvinden van plaatsen en voorwerpen die te
maken hadden met Jezus. De heilige Eustorgus, bisschop van Milaan, bracht ze later over naar
zijn stad. Maar keizer Hendrik Barbarossa van het Heilig Duitse Rijk liet ze overbrengen naar
Keulen, waar ze sindsdien rusten en een grote verering genieten (genoten). Als je in Keulen en
omgeving, of zelfs in heel Duitsland het volgende op een deurlijst ziet staan: C+M+B, dan
gaat het om Caspar, Melchior en Balthasar en niet om de Compagnie Maritime Belge,
waarvan de afkorting CMB tot voor voor enkele jaren opvallend op de Meir te zien was.
De namen van de drie koningen hebben, al zijn ze dan verzonnen, toch een betekenis.
Kaspar is van het Perzische woord voor schatbewaarder afgeleid. Eigenlijk logisch dus dat hij
het goud draagt. In Keulen is dat alleszins zo.
Melchior betekent ‘God is Licht’. Maar daar kan je ook een vraagteken bij zetten. Afgaande
op de betekenis van de naam zou hij dan de wierook moeten dragen. Dat is ook zo op de
Keulse afbeelding.
Balthazar zou betekenen: ‘God bescherme zijn leven.’
Aangezien mirre iets met dood en eeuwig
leven te maken heeft, zou het wel kunnen dat deze koning de mirre geeft. Mirre werd namelijk
gebruikt als ingrediënt bij het balsemen. Op het schrijn in Keulen is dat ook zo. Dus als je nog
eens twijfelt, kijk dan naar de betekenis van de naam, dan heb je enig houvast.
Worden de namen van deze drie koningen nog gebruikt?
Zeker en vast. In België alleen al zijn er 8.440 families die een naam dragen die afgeleid is
van deze heiligen.
Een kort overzicht. Er zijn mensen die gewoon Drikoningen (1) heten of Drijkoningen (413)
of Drykoningen (64). Je vindt ze vooral in de Limburgse Kempen. Met 478 zijn ze.
Balthasar schonk zijn naam aan 951 families. Onder verschillende vormen: Balthasar,
Baltasar, Balthasart, Baltazar, Balthazar, Balthazard, Balthazart, Baltazart en Baltzar.
Kaspars naam ging over naar 6.319 families en is daarmee de meest succesvolle. En dan te
bedenken dat het net die zwarte koning is wiens naam zo populair is geworden, ook bij de
voornamen. Zijn naam wordt op verschillende wijzen gespeld: Caspar, Gaspar, Gaspard,
Casper, de Casper, Caspers, Gaspars, Gaspart, Gasper, Jaspar, Jaspard, Jaspart, Jaspaert,
Jaspars, Jaspaers, Jaspers, Jasperse, Jasper, Jaspert, Jaspers, Jespers, Jespersien, J’ Espère,
Kasper, Kaspers, Gaspari, Gasperi, Gasparin, Gasparini, Gasparon, Gasperin, Gasperini,
Gasparoni en Gasparotto.
De naam Melchior had het minste succes, of de Melchiors hebben niet zo vlijtig aan hun
nageslacht gewerkt. Ze zijn met 692 families, die de naam op een van de volgende manieren
schrijven: Melchior, Melchiorre, Melkior, Melchor, Melcher, Melchers, Melchert, Melcherts,
Melger, Melgers, Milcher, Milchers, Melkert, Melleker, Melgar en Meldgaard.
Anders gezegd, bijna 1 op 10.000 Belgen heeft zijn familienaam te danken aan de heilige Drie
Koningen. Zouden ze dat allemaal beseffen?
Kaspar is net als bij de familienamen ook bij de voornamen de meest succesvolle gebleken.
Volgende versies van zijn naam zijn in ons land bekend: Jas, Jaspars,
JASPER, Cas, Caspari, Caspers, Kas, Kasius, Kaspar, Kasper, Kesper en nog enkele andere minder
bekende varianten. Ook de dames kregen hun deel, want als meisjesnaam werd Kaspar
omgedoopt tot: Jasperina, Caspara, Casparina, Cassie, Jasperijntje, Jesprina en Jaspertje.
Als voornaam scoort Melchior iets beter dan de familienaam. Je vindt jongens (geen meisjes)
die zijn naam dragen onder de vormen: Melchior, Melcher, Melchers, Melchert, Melching en
Melger, en enkele afgeleiden van deze laatste voornaam.
Balthazar kent maar enkele varianten als voornaam: Balthasar, Balster en Balte.
Zijn er bekende personen die een van deze namen dragen?
Op school hebben we natuurlijk enkele Jaspers rondlopen. Het is nog steeds een geliefde
voornaam. De meest bekende Kaspar is Kaspar Hauser, de Duitse jongen die in de
negentiende eeuw plots in Nurenberg opdook, daar enkele jaren leefde en er vermoord werd.
Zijn bestaan is met zoveel raadsels omgeven dat enkele tientallen auteurs en historici er zich
hebben aan gewaagd om op onderzoek te gaan. Tot op vandaag blijft hij velen intrigeren, en
verschijnen er boeken over hem.
De tekenfilmfans kennen een geestje dat Kasper heet. De stripliefhebbers kennen natuurlijk
Kasper en Hobbes (het tijgertje), en de muziekliefhebbers komen aan hun trekken met Kasper
Van Kooten, zoon van Kees.
Bij de Melchiors vinden we Melchior Wathelet, een Belgisch politicus.
Balthasar: zo heette de vorige gouverneur van Oost-Vlaanderen; zijn zoon is een vertrouwd
tv-figuur die toerisme- en filmprogramma’s presenteert, maar zich sinds
enkele jaren onledig houdt met het milieu. Maar natuurlijk zullen de meesten
wel Balthazar Boma kennen uit ‘De Kampioenen’.
En nu even terug naar de Drie Koningen: Kaspar zou ik beschouwen als de baardloze jongste.
Hij is zwart, en draagt het goud. Zie hem maar als symbool van Afrika. Naar mijn gevoel is
Melchior, die de wierook draagt, de oudste. Hij zou geelbruin kunnen zijn met snor en baard
en symbool kunnen staan voor Azië. Balthasar is dan de man van middelbare leeftijd die de
mirre draagt. Je kan hem een blanke huidskleur geven zodat hij symbool kan staan voor
Europa. Maar zoals gezegd: niemand weet wie wie is en wat hij geeft, je mag dus gerust je
eigen voorkeur volgen. Er is er maar één over wie bijna iedereen het eens is, en dat is Kaspar.
OVERZICHT VAN DE NAMEN
Winkler Prins encyclopedie |
KASPAR (zwart) |
BALTHAZAR |
MELCHIOR |
Duitsland (Die Heiligen) C+M+B |
CASPAR (geen details) |
MELCHIOR (geen details) |
BALTHASAR (geen details) |
Alle Heiligen Wim
Zaal |
CASPAR draagt GOUD
afstammeling van Cham (zoon van Noach) afkomstig uit Afrika.
Goud is zinnebeeld van wereldlijke macht. |
MELCHIOR afstammeling van Sem (Semiet), zoon van Noach.
Afkomstig uit Azië. Draagt WIEROOK,
zinnebeeld van goddelijke macht |
BALTHAZAR afstammeling van Japhet, zoon van Noach,
afkomstig uit Europa. Draagt MIRRE,
zinnebeeld van sterfelijkheid. |
Keulen Dom. Afbeelding op schrijn.
Van links naar rechts |
BALTHAZAR draagt kelk met mirre of
goud.
Is de oudste, draagt baard en snor |
MELCHIOR draagt wierooksvat
is de jongste. Baardloos |
CASPAR draagt een doos (kistje) met goud of
mirre ? Heeft baard en snor. Middelbare
leeftijd. |
De Heiligen, Stijn van der Linden |
CASPAR
20 jaar draagt wierook
komt uit zwart Afrika |
MELCHIOR
40 jaar draagt
goud
is blank en komt uit Europa |
BALTHAZAR
60 jaar draagt mirre is
geel en komt uit Azië |
Santenkraam der roomse kerk, Van Setten |
MELCHIOR
60 jaar
draagt
goud |
BALTHAZAR
40 jaar
draagt
wierook |
KASPAR
20 jaar
draagt
mirre
is zwart van huid. |
AFBEELDINGEN
Keulen
Pisa, Niccolo Pisano
Albrecht Dürer
Rogier Van der Weyden
Dirk Bouts
Joos Van Cleve
Botticelli
Ghirlandaio
Brueghel
Hieronymus Bosch
Mantegna
Jacob Jordaens
Julius Schiller. De Drie Koningen als het sterrenbeeld Hercules