ONNOZELE KINDEREN, 28 december
Luc Cielen in Rinkkrant 815 van 17 december 2004
Herodes Antipater, de Idumeneeër, huwde een nicht van de koning van de Arabieren en had bij haar een zoon die hij Herodes noemde. Hij werd ter onderscheiding van zijn vader-naamgenoot Herodes van Ascalon genoemd. Deze Herodes werd door keizer Augustus tot koning van Judea aangesteld.
Koning Herodes had zes zonen. Hun namen zijn Antipater, Alexander, Aristobulus, Archelaus, Herodes Antipas en Phillippus. Alexander en Aristobulus hadden dezelfde moeder, die bovendien joodse was. Zij werden op jonge leeftijd naar Rome gestuurd om er een opleiding in de vrije kunsten te krijgen. Daarna kwamen ze terug naar Jeruzalem, waar Alexander grammaticus werd en zijn broer Aristobulus bekend werd omwille van zijn welsprekendheid.
Deze twee zonen kwamen in opstand tegen hun vader, vooral om meningsverschillen over de troonsopvolging. Het conflict liep zo hoog op dat Herodes hen als erfgenamen wilde schrappen. Waarop de beide broers plannen beraamden om hun vader te vermoorden. Herodes hoorde van de plannen en joeg zijn beide zonen het huis uit. Zij keerden daarop terug naar Rome, waar ze bij de keizer hun beklag gingen doen.
Het was in die dagen dat Herodes overhoop lag met twee van zijn zonen, dat er drie magiërs (drie koningen) bij hem kwamen en hem vertelden dat er een nieuwe koning was geboren. Herodes, die al zo geplaagd werd door kandidaat-opvolgers, vreesde dat er bij de rechtmatige koninklijke afstammelingen een telg was geboren die hem wel eens van zijn troon zou kunnen stoten. Dus vroeg Herodes aan de magiërs om hem, zodra ze het kind hadden gevonden en hun geschenken hadden gegeven, op de hoogte te brengen, zodat hij ook het kind zou kunnen gaan groeten. Natuurlijk was het zijn bedoeling om het kind om te brengen. De drie magiërs keerden echter via een andere weg naar hun landen terug zodat Herodes in het ongewisse bleef.
Toen hij een tijd gewacht had en niets meer hoorde van de magiërs besloot hij zelf in actie te komen, te meer daar hij via andere bronnen had vernomen dat er wonderlijke verschijnselen waren geweest bij de geboorte, in de vorm van engelen die aan de herders waren verschenen. Ook was het kind in de tempel van Jeruzalem geweest bij de hogepriester Simeon. Zijn vrees om onttroond te worden was dus niet ongegrond. Vermits alles erop wees dat het kind in Bethlehem of de nabije omgeving was geboren, moest hij daar ingrijpen. Herodes besloot dus om alle kinderen in Bethlehem en omgeving te doden.
Jozef, die door een engel verwittigd werd van het nakende onheil, vertrok uit Bethlehem naar Egypte met vrouw en kind. Hij vestigde zich in Hermopolis en bleef er zeven jaar. De legende vertelt dat toen Jozef en Maria met het Kind in Egypte aankwamen, alle beelden van Egyptische goden ter aarde stortten. Een andere legende (opgetekend door Cassiodorus in zijn Historia Tripartita) vertelt dat er in Hermopolis een boom groeit waarvan de vruchten, de bladeren en de schors een sterke geneeskrachtige werking hebben, als men deze op de hals van de zieke aanbrengt. Het is diezelfde boom die met zijn takken tot tegen de grond boog toen Jozef, Maria en het Kind er voorbij kwamen.
Herodes kon zijn plan om de kinderen te doden niet direct uitvoeren, want hij werd door dringender zaken opgehouden. Keizer Augustus had hem namelijk geroepen om naar Rome te komen om zich te verdedigen in de zaak die zijn zoons tegen hem hadden aangespannen. Herodes vertrok dus naar Rome, bleef er een vol jaar, en keerde dan terug, wat inhield dat hij ruim twee jaar afwezig was in Jeruzalem. In het dispuut met zijn zoons trok hij aan het langste einde. Keizer Augustus sprak zich uit ten voordele van Herodes en deelde de zonen mee dat hun vader volkomen vrij was om zijn troon aan eender wie van zijn afstammelingen door te geven. Herodes was gelukkig en voelde zich ook gerust nu bleek dat de keizer hem beschermde.
Toen hij teruggekeerd was in Jeruzalem besloot hij dan ook zijn plan om de kinderen te doden uit te voeren. Maar vermits hij twee jaar weg geweest was, moesten alle kinderen van twee jaar en jonger er aan geloven. Dat klopt niet helemaal, zegt Johannes Chrysostomos, Herodes bedoelde niet twee jaar en jonger, maar twee jaar en ouder. Want, zegt Chrysostomos, de ster verscheen ongeveer een jaar voor de geboorte - de drie koningen moesten een jaar reizen om het Kind te vinden. Dus zou Herodes’ gedachtegang als volgt geweest zijn: de ster is verschenen aan de magiërs toen het kind geboren was, en hij zelf was twee jaar weg geweest, dus moest kind minstens twee jaar oud zijn en hoogstwaarschijnlijk zelfs ouder. Nu is achteraf ook gebleken dat sommige beenderen onmogelijk van tweejarige kinderen konden zijn, maar van oudere kinderen afkomstig moesten zijn, tenzij men zou aanvaarden dat de kinderen - en de mensen in het algemeen - in die dagen groter waren dan nu. Of men had de verkeerde beenderen opgeraapt.
Herodes liet in elk geval vele kinderen doden. Volgens de Ethiopische en de Griekse liturgie ging het om 14.000 kinderen, volgens de Syrische traditie waren het 64.000 kinderen en in de Middeleeuwen dacht men op basis van de tekst uit Openbaring 14:3 dat het om 144.000 kinderen ging, terwijl moderne historici denken dat het om hoogstens 20 kinderen gaat. Maar hij werd tegelijk gestraft voor deze misdaad, want onder de kinderen bevond zich ook een zoontje van hemzelf dat op het moment van de moordpartij in Bethlehem was.
Jacobus de Voragine vertelt dat Herodes nog meer gestraft werd door God. Zijn zoons Alexander en Aristobulus spanden weer tegen hem samen. Herodes werd echter tijdig op de hoogte gebracht en vernam zo dat Alexander hem wilde vergiftigen. Zijn kapper vertelde hem ook dat Alexander hem had willen omkopen met de vraag om het scheermes niet op de hals van Herodes te leggen bij het scheren, maar het er stevig in te steken. De kapper zou daarvoor een grote beloning ontvangen. Herodes liet er geen gras over groeien en liet de twee zoons ter dood brengen. Om een of andere reden weigerde hij zijn oudste zoon Antipater op de troon te zetten na zijn dood. Hij liet zijn voorkeur uitgaan naar Herodes Antipas. Toen Antipater bovendien merkte dat de kinderen van Aristobulus hoger dan hem aangeschreven stonden bij Herodes, kon hij het niet langer verdragen en probeerdeook hij zijn vader te vergiftigen. Herodes kwam het te weten en liet Antipater in de kerker gooien.
Keizer Augustus bleek goed op de hoogte van de familieproblemen bij Herodes. Op een keer zou hij zich als volgt uitgesproken hebben: “Ik zou liever het varken van Herodes zijn, dan zijn zoon, want als jood spaart hij de varkens, terwijl hij zijn zonen doodt.”
Herodes was zeventig toen hij zwaar ziek werd. Hij had zeer hoge koorts, zijn lichaam begon te ontbinden, zijn voeten ontstaken, zijn testikels wemelden van de wormen, hij werd zeer kortademig en bovenal verspreidde hij een weerzinwekkende stank. Zijn dokters staken hem in een bad met olie, maar hij kwam er meer dood dan levend uit.
Toen hij vernam dat de Joden vol vreugde zijn nakende dood tegemoet zagen, liet hij jongelingen uit de meest vooraanstaande joodse families in de gevangenis gooien. Hij zei tegen zijn zuster Salome: “Ik weet dat de joden zich verheugen op mijn dood, daarom moet je doen wat ik zeg: zodra ik gestorven ben laat je alle gevangen jongelingen doden. Zo zal heel Judea rouwen als ik sterf.”
Hoe kwam Herodes ten slotte aan zijn einde?
Hij had de gewoonte na elke maaltijd een appel te eten. Die schilde hij zelf met een mes dat hij steeds bij zich droeg. Nu had hij echter een verschrikkelijke hoest terwijl hij een appel schilde en uit ergernis daarover stak hij het mes in zijn borst. Net op tijd kon een van zijn verwanten zijn arm tegenhouden, zodat de wonde niet dodelijk was. Maar het hele hof, denkend dat Herodes stervende was, begon te krijsen en te gillen. Dat hoorde Antipater in zijn cel en hij verheugde zich daarover. Hij beloofde zijn bewakers een grote som als ze hem nu vrijlieten. Maar de bewakers gingen er niet op in, integendeel, Herodes vernam wat zijn oudste zoon gezegd had en liet hem op staande voet executeren. Hij benoemde Archelaus tot zijn opvolger en stierf vijf dagen later.
Zijn zus Salome liet alle gevangen bevrijden. Maar de heilige Remigius beweert dat zij net het tegenovergestelde deed en alle gevangen liet doden; bovendien zegt hij dat Herodes wél gestorven is door de messteek.
Alleen het evangelie van Matteüs maakt melding van de kindermoord in Bethlehem:
‘Toen dan Jezus te Bethlehem in Juda was geboren ten tijde van koning Herodes, kwamen er te Jeruzalem Wijzen uit het oosten en vroegen: “Waar is de pasgeboren koning der joden? Want wij hebben zijn ster in het oosten gezien en zijn gekomen om hem onze hulde te brengen.” Toen koning Herodes dit hoorde, werd hij verontrust en heel Jeruzalem met hem. Hij riep alle hogepriesters en schriftgeleerden van het volk bijeen en legde hun de vraag voor waar de Christus moest geboren worden.
Zij antwoordden hem: “Te Bethlehem in Juda. Zo immers staat er geschreven bij de profeet: “En Gij, Bethlehem, landstreek van Juda, gij zijt volstrekt niet de geringste onder de leiders van Juda, want uit u zal een leidsman te voorschijn treden die herder zal zijn over mijn volk Israël.”
Toen ontbood Herodes in het geheim de Wijzen en vroeg hen nauwkeurig naar de tijd waarop de ster verschenen was. Daarop zond hij hen naar Bethlehem met de opdracht:
“Gaat een zorgvuldig onderzoek instellen naar dat Kind, en wanneer gij het gevonden hebt, bericht het mij dan, opdat ook ik hulde kan gaan brengen.”
Na de koning aanhoord te hebben vertrokken zij. En zie, de ster die zij in het oosten hadden gezien, ging voor hen uit totdat ze boven de plaats waar het Kind zich bevond stil bleef staan. Op het zien van de ster werden zij vervuld van overgrote vreugde. Zij gingen het huis binnen, zagen er het Kind met zijn moeder Maria en op hun knieën neervallend betuigden zij het hun hulde. Zij haalden hun schatten te voorschijn en boden het geschenken aan: goud, wierook en mirre. En in een droom van Godswege gewaarschuwd niet meer naar Herodes terug te keren, vertrokken zij langs een andere weg naar hun land.’
De vlucht naar Egypte. Het feest van de Onnozele Kinderen is tevens de herdenkingsdag van de vlucht naar Egypte. Weer is het alleen Matteüs die hierover geïnformeerd blijkt. Hij schrijft:
‘Na het vertrek van de Wijzen verscheen een engel van de Heer in een droom aan Jozef en sprak: “Sta op, neem het kind en zijn moeder, vlucht naar Egypte en blijf daar tot ik u waarschuw, want Herodes komt het Kind zoeken om het te doden.”
Hij stond op en week in de nacht met het Kind en zijn moeder uit naar Egypte. Daar bleef hij tot aan de dood van Herodes, opdat in vervulling zou gaan wat de Heer gesproken had door de profeet:
“Ik heb mijn zoon geroepen uit Egypte.”
En dan vertelt Matteüs het verhaal van de kindermoord: ‘Zodra Herodes merkte dat hij door de Wijzen om de tuin geleid was, ontstak hij in hevige toorn; hij zond zijn mannen uit en liet in Bethlehem en heel het gebied daarvan al de jongens vermoorden van twee jaar en jonger, in overeenstemming met de tijd waarnaar hij de Wijzen nauwkeurig had gevraagd. Toen ging in vervulling het woord dat door de profeet Jeremia gesproken was:
“Een klacht werd in Rama gehoord, geween en luid gejammer; Rachel, wenend om haar kinderen, wil niet getroost worden, omdat zij niet meer zijn.”
Waar zijn de lijkjes begraven?
Volgens de legende werden al de lijkjes overgebracht naar de kerk van Sint-Paulus-buiten-de-Muren in Rome. Maar na verloop van tijd werden ze overgebracht naar Marinac in de Franse Dordogne, waar ze blijkbaar nog steeds rusten.
In Parijs was er sinds de 12e eeuw een kerkhof gewijd aan de Onnozele Kinderen : Les Innocents. In 1786 werd het kerkhof ontruimd en werd de plek een groente- en fruitmarkt.
De Onnozele of Onschuldige Kinderen leven voort in enkele voornamen: Innocent en Innocentia. Een Innocent, die zich nu af en toen aan de edele dichtkunst wijdt, heeft ooit enkele jaren in een van mijn klassen gezeten. Hij is tot nu toe de enige Innocent die ik ontmoet heb.
Als familienaam komt Innocent ook voor, naast de vormen Innocente en Innocenti. Innocent vinden we in de provincies Antwerpen, Limburg en Luxemburg, met 17 families zijn ze. Innocente met 24 en Innocenti met 26 zijn te vinden in Henegouwen en Luik, en enkele ook in Limburg.
De naam Innocentius was een geliefde naam voor pausen. Dertien onder hen hebben deze naam. Een kort overzicht:
Innocentius I: 5e eeuw. Zorgt ervoor dat de bisschop van Rome (de paus dus) de belangrijkste bisschop van de christelijke kerk wordt. Onder zijn pontificaat werd Rome ingenomen en verwoest door Alarik. Zijn feestdag is ook 28 december.
Innocentius II: 12e eeuw. Op onorthodoxe wijze tot paus gekozen met als gevolg een eerste schisma en vlucht van de paus naar Frankrijk.
Innocentius III: 12e eeuw. Vierde kruistocht. Vurig verdediger van de transsubstantiatie: het brood van de hostie wordt tijdens de consecratie echt het lichaam van Christus. Hij is de eerste paus die zich plaatsvervanger van Christus op aarde noemt.
Innocentius IV: 13e eeuw. Uitvinder van de Inquisitie. Wilde de islam overwinnen met de hulp van de Mongolen.
Innocentius V:13e eeuw. Tijdgenoot van Albertus Magnus en Thomas van Aquino, met wie hij nauw samenwerkte. De dominicanen hebben veel aan hem te danken.
Innocentius VI: 14e eeuw. Paus in Avignon. Steunde de kunstenaars Petrarca en Boccaccio.
Innocentius VII: 14e eeuw. Paus in Rome tijdens het schisma. Steunde de humanisten.
Innocentius VIII: 15e eeuw. Steunde de humanisten, maar veroordeelde sommige werken. Hield een eerste wereldcongres van filosofen tegen. Nam stelling in de heksenprocessen; het voorwoord van de ‘Heksenhamer’ was van zijn hand.
Innocentius IX: 16e eeuw, ‘de ziekelijke paus’. Werd verkozen toen hij al doodziek was.
Innocentius X: veroordeling van het jansenisme, veroordeling van de Confuciusverering. Bernini bouwde de beroemde zuilengalerij van het Vaticaan. Velasquez schilderde zijn portret.
Innocentius XI: 17e eeuw. Tijdgenoot en tegenstander van Lodewijk XIV en sterk politiek actief. Vooral tegen de Turken.
Innocentius XII: 18e eeuw. Goede verstandhouding met Lodewijk XIV. Beïnvloed door Bossuet. Veroordeelde Fénélon. Hij was de laatste paus met een baard.
Innocentius XIII: 18e eeuw. Tegenstander van de jezuïeten.
Andere benamingen voor het feest van Onnozele Kinderen:
Allerkinderen
Onschuldige Kinderen (NL)
Unschuldige Kinder (DE)
Holy Innocents (GB)
Saints Innocents (FR)
Innocenti (It)
Santos Inocentes (Port)
Inocentes (Sp)
Abtsdag
Concede
Bisschopsdag
Depotuitfeest
Moederkensdag en vaderkensdag.
Het feest groeide uit tot een familiefeest en als dusdanig werd het een ‘omkeringsfeest’:
De jongste in het koor of thuis of op school of waar dan ook werd voor één dag de baas.
In Antwerpen, Utrecht, Brugge en Dordrecht werden er die dag kinderbisschoppen aangesteld. Die trok met zijn aanhang door de stad onder het zingen van schunnige en zelfs walgelijke liederen. Soms trokken ze dan de kerk binnen, zetten zich in het koorgestoelte neer en zongen de vespers, of iets wat daarop leek.
In Leuven strooiden de priesters van de Sint-Pieter lekkernijen in het portaal, in de hoop dat de kinderen dan niet verder de kerk in zouden komen. Maar het hielp niet echt. De kinderen kozen er een ‘kardinaal’ en zongen: “In laudes Innocentium, Qui sunt Martyrium, Psallat chorus Infantium, Alleluia.” In het Frans werd dit feest ook “La fête des petits clerus” genoemd.
In Brugge trok de kinderbisschop, gezeten op een ezel naar de kerk. Op vele plaatsen liep het feest soms uit de hand: kinderen sloegen hun ouders met stokken of gingen losgeld eisen. Om die reden moest er meermaals worden ingegrepen.
Minder dramatisch was dat vele ouders buitengesloten werden, waarop de kinderen dan het hele huis afzochten naar snoep en ander lekkers. Dan trokken ze de kleren van hun ouders aan en liepen zo de straat op. De jongens verfden zich met schoensmeer een snor, zetten vaders hoed op, namen het broodmes uit de schuif en zo uitgedost en gewapend trokken ze de straat op om iedereen de stuipen op het lijf te jagen.
Hier en daar leverde de folklore liedjes op.
In Herent klonk het zo:
Moerke en vaarke zijn uitgesloten,
‘k Zou zo graag naar Leuven gaan.
Leuven is zo ver van hier,
Kousen en schoenen zijn zo dier.
In Dendermonde en Antwerpen zongen ze:
‘t Is vandaag Onnozele Kinderdag,
Geef de moerkens en vaarkens wat.
geef wat, houd wat .... enz. zoals in de Sint-Maartensliedjes.
Het kinderfeest werd geleidelijk overschaduwd door het Sinterklaasfeest en verdween volledig. Het is trouwens opvallend dat vele mensen niet eens meer weten dat het feest bestaat of bestaan heeft.
De dag van de week waarop het feest van Onnozele Kinderen viel werd het jaar daarop beschouwd als een ongeluksdag.
In Spanje haalt men op deze dag ‘inocentadas’ uit, te vergelijken met onze aprilgrappen.