DE KLINKER I Fragment uit
het sprookje DE KIKKERKONING (Grimm
1) Tekst en
illustraties komen uit het boek Bas
Kunstler begint te lezen.
Op het bord voor de analyse heb je
twee of drie nieuwe zinnen bijgevoegd. Op het bord voor de synthese heb je
de klinker I toegevoegd Het bord ziet er dan zo uit:
Het
gedeelte uit het sprookje De
kikkerkoning waaruit de letter I zal komen, herhalen aan de hand van
vragen.
Een
fragment van het sprookje gaat over het moment waarop de prinses haar gouden
bal pas heeft gekregen en voor het eerst omhoog gooit. Als de bal hoog boven
de bomen uitstijgt en het zonlicht erop valt, roept de prinses enthousiast
met een hand omhoog wijzend naar de bal: Zie, zie,
zie! Koning en koningin komen kijken en zijn ook enthousiast. Uit dit
fragment kun je op de tekening de gouden bal als een puntje boven de I
zetten, ook al is dit puntje bij een kapitaal overbodig. Het
tweede fragment gaat over de kikker die aanklopt. De koning vraagt wie er
gaat opendoen. Het prinsesje steekt haar hand op en roept Ik, ik! en stormt naar de poort. Het
gebaar van de prinses is het gebaar voor de klank I. Nu teken je de kapitaal I over de figuur zonder punt erboven.
Teken
enkele I-kapitalen rondom de tekening en vul aan met de andere lettertypes
van I: de onderkast i, de schrijfletter i
en de hoofdletter van het verbonden schrift I. Zoek
samen met de kinderen namen die met I beginnen. Bijvoorbeeld: IDRIS, INGRID,
INDY, IRIS, IMAR, INGMAR. Ook namen waarin de klank I voorkomt of op het
einde (zowel I als IE) ervan. Bijvoorbeeld: FIFI, MIMI, WIFI, ELSIE, SOFIE,
MARIE, JORINDE. Woorden
zoeken die met I beginnen, woorden waarin de I voorkomt en woorden eindigend
op I of IE. Bijvoorbeeld: SKI, MI, SI, JUNI, JULI, JANUARI, FEBRUARI, KIWI,
KNIE, WIE, ZIE. De lettercombinatie IE voeg je toe zonder verdere uitleg.
Herhaling van het thema + enkele
oefeningen van de vorige dag (de
klinker E). Gebruik daarbij het bordschema van E. Vergelijk de vorm van de I met de E. Straks
(tijdens het zelfstandig werk), veeg je alles van E
af. Analyse van teksten (visuele analyse,
auditieve synthese). Je
hebt v๓๓r de aanvang van de schooldag weer enkele zinnen toegevoegd aan de
zinnen van gisteren en eergisteren. Bijvoorbeeld:
Waar is
mijn gouden bal? Ach, mijn bal
is in de bron gevallen. Het
prinsesje is heel droef. Doe open,
prinsesje, doe open. Weet je
niet wat je gisteren beloofd hebt bij de koele bron? Koningsdochter, jongste, doe open de deur. Ik doe de deur open. Jij bent een vieze kikker! Laat
de nieuwe zinnen enkele keren lezen. Daarna
de oude + de nieuwe zinnen. Woorden
uit de verschillende zinnen aanwijzen en er nieuwe zinnen mee maken met
dezelfde werkwijze als de vorige dagen. Bijvoorbeeld:
Je bent een heel droef prinsesje. Zo
maak je nog 1 of 2 zinnen met bij voorkeur een uitdagende of humoristische
inslag, zodat je erover kunt discussi๋ren met de kinderen. Bijvoorbeeld: Jongste kikker, doe de vieze deur open.
De gouden koningsdochter is in de open bron gevallen.
Na
elke zin volgt er een zeer kort klasgesprekje over de inhoud van de zin. Syntheseoefeningen (visuele synthese). De
letter i en de lettercombinatie ie heb je op voorhand toegevoegd aan a en e. Laat
de letters i en ie
enkele keren lezen en let daarbij op het volgende: i kan
lang klinken (kolom 1) zoals in wifi, Mia, miauw, Alicja. ie
klinkt lang (kolom 2) zoals in zie. i kan
kort klinken (kolom 3) kikker, kip, dik. i kan ook als een doffe (stemloze) e klinken (kolom
4). De doffe i
vind je in woorden als veilig, gezellig, havik.
3.5. Dictee (auditieve analyse, visuele
synthese). In
woorden beginklank, eindklank en klank in het midden herkennen en noteren
(tekenen). Nu met A, E
en I. E en I met verschillende uitspraakmogelijkheden.
Voorbeelden:
L:
De letter van de eerste klank van het
woord EEND. L:
De letter van de klank waarmee het
woord AARDAPPEL begint. L: De
letter van de laatste klank die je hoort in het woord MEE. L:
De letter van de klank in het midden
van het woord VIS. L:
De letter van de klank in het midden
van het woord BEL. L:
De letter van de klank op het einde
van het woord DE. L:
De letter van de klank waarmee het
woord IK begint. Zelfstandig werk (30 minuten). Bordschema
van de letter E afwissen. Over een manier om het bord af te vegen, zie: https://www.cielen.eu/bord-A-afwissen.mp4.
Namen
en woorden met de letter I en de lettercombinatie IE op het bord aanvullen. Individuele
kinderen begeleiden. Omdat er nog voldoende plaats is op het bord kun je
enkele kinderen ook kapitalen en vormtekeningen op het bord laten oefenen met
wit krijt. Terugblik en vooruitblik (10 minuten). 10
minuten v๓๓r het einde van de periodeles volgt de terugblik op de periodeles,
met de hele klas tezamen. L:
Welke letter hebben jullie vandaag
geleerd? Teken ze met de hand in de lucht (of op een andere manier). Herhaal
de zinnen van de analyseoefening. Herhaal
kort de letters a, e en i van de
syntheseoefening. Herhaal
de drie vormtekeningen. Teken met de hand in de lucht (of op een andere
manier). L:
Morgen gaan jullie de letter O
leren. Je
kunt deze letter al even op het bord tekenen in kapitaal en het gebaar
voordoen. |