Woensdag 14 november 2012
Van de Val van Antwerpen (1585) tot
de Vrede van Munster – Vrede van Westfalen. De Gouden
Eeuw van de Zeven Provinciën.
Johan van Oldenbarnevelt
– Johan de Witt – Willem III
De Republiek der Zeven Verenigde
Nederlanden (vanaf 1588 tot 1794/95 – inval Franse troepen)
Latijn: Belgica
Foederata
Spreuk: Concordia
res parvae crescent ‘eendracht
maakt macht’
Na afsluiting van de Schelde: veel
inwoners van Antwerpen (Brabant) naar Amsterdam, Middelburg, Leiden en Haarlem.
In Amsterdam en Middelburg tot 1/3 van de bevolking Brabants. In Leiden en Haarlem veel Vlamingen. Ook
vluchtelingen uit Duitsland, Frankrijk en Portugal. In Leiden kwam zelfs 1/2
van de inwoners uit het buitenland.
JOHAN VAN
OLDENBARNEVELT (1547 – 1619)
Vader Gerrit was handelaar, niet van
adel. Was dronkaard. Kwam herhaaldelijk in aanraking met het gerecht.
Oudste broer van Johan was niet veel
beter.
Twee van zijn zussen waren
prostituees.
Zijn jongere broer Elias werd
pensionaris van Rotterdam (stadsadvocaat)
Moeder sterft jong. Johan erft
voldoende om zich te distantiëren van zijn vader.
In 1564 werkt bij advocaat in Den
Haag.
1566: studeert rechten in Leuven (verandert
zijn naam van Oudenbarnevelt in Oldenbarnevelt)
en de jaren daarop in verschillende steden in Frankrijk, Duitsland en
Italië. In Duitsland (Heidelberg) wordt
hij calvinist.-
1570: advocaat in Holland, sluit
zich aan bij Willem de Zwijger
In 1582 wordt hij diens
vertrouwenspersoon.
In 1584 wordt Willem van Oranje
vermoord (was door Filips II vogelvrij verklaard).
Zoon Maurits wordt de politieke
leider, maar in feite is JVB het in zijn hoedanigheid van landsadvocaat en
raadpensionaris. Maurits was meer geïnteresseerd in het leger en hield zich
daar mee bezig.
Nederland had de vraag gesteld aan
de Engelse koningin Elisabeth I om het bestuur van de 7 provinciën op zich te
nemen. De koningin weigerde maar stuurde wel een leger van 6000 man om de
Nederlanders te steunen in de strijd tegen Spanje. JvO
slaagde erin de Engelsen weer naar huis te sturen (na verraad van een van de
Engelse leiders die zich aan de Spaanse kant had geschaard). En van dan af werd
besloten om voortaan het bestuur van het land zelf te organiseren,
onafhankelijk van buitenlandse vorsten.
Maurits en JVO komen in het begin
goed overeen.
Maurits: geduldig, deed alles zeer
zorgvuldig. Evalueerde alles wat hij deed. Zette dan pas de volgende stap.
JVO: strategisch, dacht vooruit en
was bereid om risico’s te nemen.
Ze behalen verschillende overwinningen
op de Spanjaarden (nu onder leiding van Farnese ?)
1588: De Spaanse Armada gaat ten
onder. Spanje heeft geen geld meer en vermindert de gevechten in de 7
provinciën.
1596: verbonden met Engeland en
Frankrijk tegen Spanje.
1600: handelsvloot wordt gehinderd
door kapers uit Duinkerken. JVO wil leger sturen naar Duinkerken, Maurits vindt
het risico te groot (Duinkerken maakte toen deel uit van de zuidelijke
Nederlanden = Vlaanderen). Bij Nieuwpoort opgewacht door een Spaans leger. Met
veel moeite slaagt Maurits erin de slag te winnen en terug te keren naar huis.
Hij verwijt JVO dat hij het voortbestaan van de Republiek op het spel heeft
gezet. Zo ontstaat het eerste conflict tussen beiden.
1602: oprichting van de VOC.
1609:
JVO wil wapenstilstand met Spanje. Maurits niet: ziet kans om het gebied uit te
breiden wegens zwakte van Spanje. Verliest ook belangrijker bron van inkomsten
uit plunderingen.
JVO:
de handel draait beter met een vrede.
Maurits:
Spanje is zo verzwakt dat een definitieve overwinning binnen het bereik ligt.
Toch:
TWAALFJARIG BESTAND. Beide Nederlanden tijdelijk weer verenigd.
Bestand
werd afgekondigd in Antwerpen (zie afbeelding)
Illustratie:
Leo Belgicus (zie afbeelding).
Aan zuidelijke kant: Albrecht en Isabella
(zeer populair bij het gewone volk). Scherpenheuvel
(basiliek opgericht in 1609 – 1627).
Eis van Spanje: de Nederlanden mogen geen handel drijven met West-Indië.
De Nederlanden omzeilen dit verbod door
hun schepen onder andere vlaggen te laten varen.
12
gelukkige jaren voor de 17 provinciën MAAR:
Spanningen
tussen JVO en Maurits lopen op.
Godsdienstige
tegenstellingen tussen JVO en Maurits.
JVO niet echt gelovig, maar tegemoetkomend aan de remonstranten (tegen
de vastgelegde uitleg van de Bijbel en tegen predestinatie)
Maurits = streng calvinistisch opgevoed. contraremonstrant (Calvinist
volgens de strenge leer van Calvijn)
1617: JVO; Scherpe Resolutie: huurtroepen ingezet om de vrede te
handhaven, in feite optreden tegen de contraremonstranten. Maurits voelt zich gekrent en laat JVO
gevangennemen.
1619: 13 mei: onthoofding van JVO op het Haagse Binnenhof. Verbod op de remonstrantse leer.
1621: opnieuw oorlog, ondanks lange
onderhandelingen.
Twee
knelpunten:
Oost-Indische compagnie moest volgens Spanje afgebouwd worden
(concurrentie in Azië).
Spanje eiste volledige godsdienstvrijheid. Noordelijken vreesden echter dat er te veel katholieken zouden zijn in het verenigd rijk en dat de calvinisten dan in de verdrukking zouden komen.
JOOST VAN DEN VONDEL: op het stokje van Oldenbarnevelt.
1587
– 1679
Ouders waren in 1682 uit Antwerpen gevlucht. In 1587 waren zij in
Keulen, in 1597 vestigden zij zich in Amsterdam.
Vondel moest hoge boeten (300 gulden) betalen voor zijn lofgedicht en
theaterstuk (Palamedes) op JOV. Hij moest ook een
tijd lang uit Amsterdam vluchten.
Volgens het Guinness Recordboek schreef Van den Vondel het kortste
Nederlandstalig gedicht, en wellicht het kortste gedicht ter wereld, waarmee
hij in 1620 een dichtwedstrijd won:
U Nu! (dit is ook een palindroom)
Een ander overbekend
citaat van Joost Van den Vondel:
De weereld
is een speel toneel. Elck speelt zyn
rol en kryght zyn deel.
Leestekst: Op het stokje van Johan
Van Oldenbarneveldt, vader des vaderlands
Bordtekst: Vondel. De wereld is wel
schoon
JOHAN DE WITT (1625 – 1672)
Kwam uit een familie van regenten,
bestuurders en raadpensionarissen.
Maakte na zijn studie in de rechten
reis door Europa. Kwam in 1647 terug in Holland.
Trouwde met de dochter van de
burgemeester van Amsterdam.
Toen stadhouder WILLEM II in 1650
stierf wenste men geen nieuwe stadhouder aan te stellen. JDW behoorde tot de anti-orangisten: “vertrouw nooit een Oranje” had zijn vader
gezegd.
1650: raadpensionaris van Dordrecht,
in 1653 van Holland en daardoor de belangrijkste politicus van het land. In
Engeland noemde men hem King John.
Werd een van de rijkste mensen van
het land door geld te lenen bij burgers, daarmee staatsobligaties te kopen
waarmee hij meer winst maakte.
Nam nooit geschenken aan, stuurde
die altijd terug om de naam ‘onkreukbaar’ en ‘niet-omkoopbaar’ te hebben. Hij
nam alleen een warme maaltijd aan als het zo uitkwam.
In zijn tijd werd Holland de
machtigste zeevarende mogendheid met de grootste vloot. Dat was ook het enige
waarop hij niet bespaarde. Voor al de rest was hij uitermate zuinig.
Bereikte in 1654 vrede met Engeland
(Vrede van Westminster) met Oliver
Cromwell. Had wel een geheime passage: er zou nooit
nog een Oranje op de troon komen in Holland. (Cromwelle
had koning Karel I afgezet en laten onthoofden. Diens dochter Mary Stuart was de moeder van Willem II).
Hij was wel aangesteld als een van
de voogden van de jonge Willem III om toe te zien op de opvoeding.
1672: het rampjaar. Oorlog met
Engeland en Frankrijk.
Moordpoging op broers De Witt
Op 21 juni 1672 werd er een
moordaanslag gepleegd op de gebroeders De Witt. Johan liep die avond tussen elf
en twaalf uur van het Binnenhof naar zijn aan de Kneuterdijk gelegen woning.
Een knecht met een brandende toorts liep voorop. Aangekomen op de Plaats
sprongen vier jongelui met degens tevoorschijn die de knecht de toorts
ontrukten, doofden en aanvielen. De Witt en zijn knecht verzetten zich heftig.
De Witt raakte aan zijn hals gewond, viel en verwondde daarbij zijn hoofd. Toen
hij op de grond lag, staken de jongelui hem twee keer met een mes; in zijn
rechterzij en linkerschouder. Dezelfde dag, rondom hetzelfde uur, vond er een
mislukte aanslag op zijn broer in Dordrecht plaats. Johan overleefde de steekpartij,
maar was pas op 12 juli buiten levensgevaar en moest uiteindelijk veertig dagen
lang bed houden.[24][25][26]
Een van de aanvallers was herkend en
werd gearresteerd. Het ging om de bijna 23-jarige Jacob van der Graeff,[27] een zoon van de raadsheer Van der Graeff die beslissend was geweest bij het uitdelen van de
doodstraf aan ritmeester Buat. Hij bleek de aanslag
te hebben gepleegd met zijn broer Pieter en hun vrienden Adolph
Borrenbach en Cornelis de Bruyn,[28] die gevlucht
waren naar het leger van de prins. De Graeff jr. werd
op 29 juni na een snel proces onthoofd.
Willem III stadhouder
Prinsgezinden profiteerden van de afwezigheid van
Johan door met succes de regenten in de provincie Holland te dwingen het Eeuwig
Edict af te schaffen. Cornelis de Witt was een van degenen die onder bedreiging
werd gedwongen te tekenen. Het opende de weg om Willem van Oranje aan te
stellen als stadhouder Willem III. Dat gebeurde op 29 juni, toen Johan thuis
nog steeds herstellende was.
Aanklacht hoogverraad Cornelis de
Witt
Op 23 juli vertelde Willem
Tichelaar, een louche barbier-chirurgijn, de
rechtbank dat Cornelis de Witt hem 30.000 gulden had geboden om Willem III te
vermoorden. Daarnaast zou hij hem helpen met problemen die Tichelaar had met de
schout en zou hij de positie van baljuw van Beijerland
krijgen. Cornelis de Witt werd daarop gearresteerd. Hij betichtte op zijn beurt
Tichelaar van het willen beramen van een moordaanslag op Willem III en dat
Tichelaar hem had willen overhalen mee te doen, iets wat hij geweigerd zou
hebben.
Aftreden Johan de Witt
Tegelijkertijd, nu Willem III
stadhouder geworden was, zag Johan het nutteloze van zijn eigen positie in en
op 4 augustus diende hij zijn ontslag in als raadpensionaris.[29] Willem III
zorgde er persoonlijk voor dat hij geen 'eervol ontslag' verleend kreeg. De
Witt deed een beroep op een afspraak uit 1658 die hem toestond na zijn
raadpensionarisschap toe te treden tot de Hoge Raad. Dat werd toegestaan, maar
door zijn snelle dood heeft hij er nooit zitting genomen.
Vonnis Cornelis
De rechters wilden Cornelis schuldig
verklaren - minstens drie wilden hem de doodstraf geven, maar konden zijn
moordplan niet bewijzen. Ook niet nadat Cornelis op de pijnbank was gelegd.
Daarop werd hij veroordeeld zonder dat bekend werd gemaakt waarvoor. Dat
gebeurde op 20 augustus. Cornelis werd levenslang verbannen uit de republiek
Holland, verloor al zijn officiële functies en draaide op voor de proceskosten.
Tichelaar werd vrijgesproken.
In de val gelokt
Johan de Witt werd in de val gelokt
met de mededeling dat zijn broer hem wilde spreken. Na een half uur wilde Johan
de gevangenis verlaten, maar het werd hem onmogelijk gemaakt door een grote
menigte. Aanvankelijk beschermde de cavalerie de gevangenis, maar de commandant
kreeg van hogerhand het bevel te vertrekken onder het valse voorwendsel van een
bericht over plunderende boeren. Tichelaar was uit een raam gaan hangen en
schreeuwde het aanwezige volk toe dat nu hij was vrijgelaten dit het
overtuigende bewijs was dat hij het gelijk aan zijn zijde had gekregen dat niet
hij, maar Cornelis de prins had willen vermoorden. Hij riep de aanwezige
mensenmassa op wraak te nemen op de broers, mede omdat de straf die De Witt was
opgelegd veel te laag zou zijn voor het plegen van hoogverraad.
Lynchpartij en verminking
Aan het einde van de middag drongen
opgehitste, dronken en woedende schutters de gevangenis binnen en sleurden de
broers naar buiten. Cornelis bezweek onder de slagen van geweerkolven. Johan
werd door notaris Van Soenen met een piek in zijn
gezicht gestoken. Daarna schoot luitenant ter zee Jan van Vaalen
hem met een pistool in de nek.[30] De lijken werden geheel ontkleed, op het
Groene Zoodje aan de wipgalg ondersteboven
opgehangen, opengereten en gecastreerd. Tenen, vingers, oren, neuzen, lippen en
tongen werden afgesneden. De ingewanden werden uit de lichamen gehaald en
volgens de ooggetuige en dichter-industrieel Joachim Oudaan deels door de omstanders opgegeten of aan honden te
eten gegeven. Hendrick Verhoeff
ging er prat op dat hij de harten uit de lichamen had gesneden, iets dat hij de
magistraat - de ochtend van de moord - beloofd had te doen. Ze zijn nog jaren
tentoongesteld geweest.
Een tong en een vinger, waarvan
verondersteld wordt dat ze van de gebroeders De Witt zijn geweest, worden
bewaard in het Haags Historisch Museum.[31][32] Volgens de historicus Vroom is
de herkomst van de relieken sluitend. De tong zou van Johan zijn en de vinger
(Vroom dacht ten onrechte dat het om een teen ging) van Cornelis.[33]
Burgemeester Nicolaas Witsen (1641 - 1717) van Amsterdam was een van de eerste
eigenaren, die ze een plaats gaf in zijn rariteitenkabinet. Na zijn dood kwamen
de relieken in bezit van een groep remonstranten totdat ze in de tweede helft
van de negentiende eeuw opdoken bij exposities.[33]
Betrokkenheid Willem III
Talrijke historici hebben zich de
afgelopen eeuwen gebogen over de vraag in hoeverre Willem III betrokken was bij
de moordplannen op de gebroeders De Witt. De conclusies lopen uiteen van geen
enkele betrokkenheid, via het laten gebeuren van de moorden door zich met opzet
afzijdig te houden, tot het actief meehelpen beramen.
Feit is dat hij vlak na zijn
aanstelling tot stadhouder, het Hof verzocht om het gerechtelijk vonnis tegen
Johan Kievit in te trekken. Na een korte briefwisseling gaf het Hof daar in
juli 1672 gehoor aan. Kievit was bij verstek ter dood veroordeeld voor het
beramen van een moord op Johan de Witt om daarna Willem van Oranje te kunnen
aanstellen als stadhouder.[34] Kievit was naar Engeland gevlucht en na het
intrekken van het vonnis keerde hij terug naar zijn vaderstad Rotterdam, waar
hij door de magistratuur met veel egards werd ontvangen. Kievit was al in 1672
een van degenen die verdacht werden betrokken te zijn bij de lynchpartij.
Uit politiek-historisch
onderzoek is gebleken dat de prins de publicatie van pamfletten uitlokte,
waarin geageerd werd tegen de gebroeders De Witt.[35] Hoewel er ten tijde van
de moord op de broers duidelijke aanwijzingen waren voor een directe
betrokkenheid van prins Willem III van Oranje, werden die van officiële zijde
nooit afdoende onderzocht. Vastgesteld is dat de prins ervoor zorg droeg dat de
moordenaars niet werden vervolgd en beloond werden met jaargelden en ambten.
Wiskundige
Johan de Witt was naast staatsman
ook een begenadigd wiskundige. Zijn tijdgenoot Christiaan Huygens
was van oordeel dat als De Witt niet de politiek was ingegaan, hij de beste
wiskundige van zijn tijd geworden was. Ook Isaac Newton waardeerde zijn
wiskundige werk.[36] In 1659 publiceerde De Witt het eerste tekstboek over
analytische meetkunde:[37] Elementa Curvarum Linearum, ofwel:
Grondbeginselen van de Kromme Lijnen als bijlage bij een vertaling van René Descartes' "La Géométrie".
In 1671 verscheen van hem "Waardije van Lyf-renten naer Proportie van Los-renten".
Deze memorie hield verband met zijn raadpensionarisschap en was alleen bedoeld
voor de leden van de Staten-Generaal.[39] Al sinds de middeleeuwen werd een
lijfrente gebruikt als een pensioenvoorziening. Ook bestonden er losrenten die
leken op een staatslening. De Witt liet zien - door kansrekening toe te passen
- dat bij een gelijk bedrag een losrente van 4% de Staat gemiddeld evenveel
opleverde als een lijfrente van 6,25%, ofwel: voor elke ingelegde 17 gulden kon
jaarlijks 1 gulden lijfrente worden betaald (17:1). De Staten betaalden echter
7,14% (14:1) uit.[40] Om de berekening tot stand te brengen, gebruikte De Witt
als eerste mortabiliteitstabellen.[41] Dit
baanbrekende werk wordt beschouwd als het begin van de
verzekeringswiskunde.[42] Naar aanleiding van De Witts
berekeningen werd de lijfrente verlaagd. De plotselinge vermindering in wat
gezien werd als een 'weduwenvoorziening', droeg bij
aan de "slechte pers" die de gebroeders De Witt hadden. Het is opmerkelijk
dat in 1673, na de gewelddadige dood van de broers, er nieuwe
lijfrenteverzekeringen werden uitgeschreven tegen het oude tarief van 14:1.
WILLEM III
(1650 – 1702)
Geboren 8 dagen (14 november) na de
dood van zijn vader Willem II (pokken). Zijn moeder was Mary Stuart, dochter van de Engelse koning Karel I. Maria stierf
in 1660 aan de pokken.
Studeerde aan de universiteit van
Leiden, maar was daar niet als student ingeschreven.
Interesseerde zich meer voor kunst
en dan vooral voor tuinarchitectuur.
In 1660 dus wees. Werd opgevoed
onder toezicht van 5 voogden: o.a. Johann de Witt en de Engelse koning Karel II
(die zijn oom was).
Was legeraanvoerder in 1672
(rampjaar) in de strijd tegen de Fransen.
De oranjepartij
greep de macht. Op 4 juli wordt Willem III stadhouder.
Brief aan koning Karel II/ wil prins
van Holland worden en vrede sluiten met Engeland in ruil voor 400.000 pond ineens
en 10.000 pond haringrechten per jaar. Suriname zou daarbij aan Engeland
gegeven worden, samen met de stad Sluis. Karel II aanvaardt het voorstel niet.
Antwoord in een brief op 18 juli en later gepubliceerd om de bevolking tegen
Johan de Witt op te zetten. Op 20 augustus worden de gebroeders De Witt gedood.
Willem III was waarschijnlijk betrokken bij deze moord.
1685: Jacobus II wordt koning van
Engeland. Maria Stuart is zijn dochter en echtgenote
van Willem III.
Op de leeftijd van vijftien jaar werd
Maria de verloofde van de protestantse Stadhouder Willem, Prins van Oranje.
Willem was de zoon van Maria’s tante, Maria, de Princess Royal en van Prins Willem II van Oranje-Nassau. Eerst wilde Karel II dat Maria zou trouwen
met de Franse Dauphin Lodewijk, maar later, onder druk van het Parlement en het
verdrag met het katholieke Frankrijk, was een huwelijk met Frankrijk politiek
niet langer favoriet, en ging Karel akkoord met het huwelijk. Onder druk gezet
door het parlement, ging ook de Hertog van York overstag. Op die manier dacht
Jacobus dat zijn populariteit onder de protestanten zou groeien. Maria en
Willem trouwden in Londen op 4 november 1677; naar verluidt huilde Maria af en
toe tijdens de ceremonie.[bron?]
Maria vertrok naar de Nederlanden,
waar ze leefde als de gemalin van Willem. Ook al was Maria toegewijd aan haar
man, toch was het huwelijk af en toe ongelukkig: drie zwangerschappen liepen
uit op miskramen en een doodgeboren kind en haar kinderloosheid werd een
litteken op Maria’s leven. Haar levendige en knappe
karakter maakte haar erg populair bij de Nederlanders, maar haar man was vaak
onvriendelijk tegen haar, verwaarloosde het huwelijk en had lange tijd een
(platonische) relatie met Elizabeth Villiers, een van
de hofdames van Maria. Nadat ze meer tijd voor elkaar kregen, begon ook Willem
een intense liefde voor Maria te koesteren en werd hij wat meer ontspannen in
het bijzijn van zijn vrouw.
Glorieuze Revolutie
Toen koning Karel II stierf zonder
legitieme nakomelingen in 1685, werd zijn broer, de Hertog van York, koning als
Jacobus II (James II) van Engeland en Ierland en als Jacobus VII (James VII) in
Schotland. Jacobus voerde een omstreden gelovige regering maar zijn poging om
vrijheid te geven aan "niet-Anglicanen"
werd niet goed ontvangen bij de bevolking. Meerdere protestantse ministers en
mensen van adel gingen onderhandelingen aan met Maria’s
man in het vroege begin van 1687. In juni 1688 werd er bij alle protestanten
alarm geslagen toen koningin Maria, tweede vrouw van Jacobus, een zoon baarde,
Jacobus Frans Eduard Stuart want deze zoon zou,
anders dan Maria en Anna, een katholieke opvoeding krijgen.
Koningin Maria II
Inmiddels had Lodewijk XIV de
Republiek weer economisch de oorlog verklaard. Leiden kon zijn laken niet meer
in Frankrijk verkopen. Het gevaar was dat Engeland opnieuw de kant van
Frankrijk zou kiezen en er opnieuw een rampjaar zou komen. Zo rijpte het plan
om Engeland voorgoed tot bondgenoot te maken. Toen Engeland in april 1688 een
vlootverdrag sloot met Frankrijk, raakte Willem ervan overtuigd dat er een
geheim bondgenootschap tegen de Republiek gevormd was en hij besloot tot een
militaire interventie. Hij vroeg die maand aan zijn protestantse Engelse
medestanders om een uitnodiging om binnen te vallen. Toen de nieuwe Prince of Wales geboren was en iedereen in Engeland dacht
dat het een ondergeschoven kind betrof, besloten zeven waardigheidsbekleders,
de Immortal Seven,
inderdaad een brief te sturen die door schout-bij-nacht Arthur Herbert, vermomd als gewoon matroos, op 10 juli aan Willem
in Den Haag overhandigd werd.
Willem begon nu een leger te
verzamelen. Hij haalde huurlingen uit Duitsland om hier de grensvestingen te
bemannen terwijl het Nederlandse leger Engeland zou binnenvallen. De totale
kosten van de operatie bedroegen zeven miljoen guldens, in eerste instantie
geleend door Amsterdam, joodse bankiers en zelfs paus Innocentius
XI, die door Lodewijk XIV aangevallen dreigde te worden. Toen de Franse koning
de Staten-Generaal op 9 september bedreigde, maar tegelijkertijd aanstalten
maakte de Duitse gebieden aan te vallen in plaats van door de Spaanse
Nederlanden naar de Republiek op te rukken, besloten de Hoge Mogenden dat er nog net tijd was voor een preventieve
aanval om Engeland aan onze kant te brengen en keurden de operatie goed.
Willem vertrok naar Engeland op 11
november met 53 oorlogsschepen en een kleine 400 transportschepen. Maria Stuart was aanwezig bij zijn vertrek; zij zwaaide de vloot
uit, staande op de Dom van Den Briel, de Grote of Sint-Catharijnekerk. Een plaquette naast de ingang van de
kerk maakt tot op de dag van vandaag melding van deze gebeurtenis. De operatie
verliep voorspoedig en Willem verdreef zijn schoonvader en werd als koning
ingehaald.
De Bisschop van Londen, Henry Compton, kroonde Willem en Maria samen in de Westminster Abbey op 11 april 1689. Normaal zou de
Aartsbisschop van Canterbury de kroning doen, maar de toenmalig aartsbisschop,
William Sancroft, overtuigd Anglicaans, weigerde
Willem en Maria te kronen omdat hij het niet eens was met de manier waarop
Jacobus II was verwijderd van de troon. Op de dag van de kroning, werd het
Parlement van Schotland het uiteindelijk eens en verklaarde dat Jacobus niet
langer koning was van Schotland. Willem en Maria werden aldus ook uitgeroepen
tot koning en koningin van Schotland. De twee landen werden pas verenigd in de
Acts of Union van 1707. Willem en Maria accepteerden de Schotse troon op 11
mei.
Even na het uitroepen van Willem en
Maria tot koning en koningin van Schotland werd door John Graham,
eerste Viscount of Dundee,
een leger opgericht dat overtuigend de slag bij Killiecrankie
op 27 juli won. Zelf stierf Dundee wel bij die slag.
Later kwam er nog de slag bij Dunkeld, die ditmaal
door Willem werd gewonnen. Daardoor kwam er een eind aan het verzet tegen
Willem III en Maria II.
PURCELL: Music for the Funeral of Queen Mary
http://www.youtube.com/watch?v=lsnwhhVkbWw (klassieke opname).
http://www.youtube.com/watch?v=YABw-ksikLA (a Clockwork Orange).
1690: Slag aan de Boyne.
In 1691 gaven de Ieren zich
eindelijk over en in oktober werd het Verdrag van Limerick getekend, waarin
Willems bevelhebber, Ginkel, de katholieken milde
voorwaarden oplegde. Deze zouden echter niet nagekomen worden door de Ierse
protestanten, die hiermee wraak namen voor de gebeurtenissen van 1641, toen zij
door de katholieken belaagd waren. King Billy is tot vandaag de dag de held van
de protestantse Unionisten gebleven.