Luc Cielen

 

De Franse Revolutie (deel 5)

 

WETENSCHAP, CULTUUR en VARIA

 

 

Rechts rijden  (Zweden op 3 september 1967). In tegenstelling tot Engeland. Zie kaart: Rood = rechts; oranje = vroeger links, nu rechts; groen = vroeger plaatselijk geregeld, nu rechts; paars = vroeger rechts, nu links; blauw = links.

Waarom rechts rijden: koetsier zat achter het laatste paard links zodat hij zijn zweep goed kon hanteren (meestal met de rechterhand en alle paarden ermee kon bereiken).

Waarom links: omdat men in de riddertijd het zwaard meestal met de rechterhand hanteerde en het daarom veiliger was om links van de weg te gaan zodat men een zwaardslag van de tegenstander gemakkelijk kon opvangen.

Ten tijde van Napoleon werden de eerste verkeersregels vastgelegd.

 

wereldkaart met aanduiding waar rechts gereden wordt en waar links.

 

 

De nulgradenmeridiaan (Meridiaan van Parijs). Was al vastgelegd vóór de Revolutie. Werd in de Revolutie als de belangrijkste meridiaan gebruikt voor plaatsbepalingen. Deze meridiaan werd door landmeters opgemeten om de definitieve lengte van de meter te bepalen.

 

 

Het metriek stelsel: meter, decameter, hectometer, kilometer (afgeleid van het Grieks) en decimeter, centimeter, millimeter (afgeleid van het Latijn). gram, decagram, hectogram, kilogram, decigram, centigram, milligram. Liter, decaliter, hectoliter, kiloliter, deciliter, centiliter, milliliter. In 1795 ingevoerd door de republikeinen in Frankrijk. In de loop van de 19e eeuw in de meeste Europese landen gebruikt.

De meter was vastgesteld op 1/10.000.000 van de afstand Noordpool - Evenaar langs de meridiaan van Parijs (= 1/4 van een meridiaan). Delambre (begon in Duinkerke) en Méchain (begin in Barcelona) met de metingen. Delambre moest door het leger beschermd worden, omdat de revolutie was uitgebroken. Méchain had geluk met het weer: mooi en helder, goed zicht maar had problemen omdat de Spaanse oorlog was uitgebroken. Ze begonnen eind juni 1792 met de metingen en waren er in 1799 mee klaar. De meter werd vastgelegd in een staaf platina en bewaard in het Louvre in Parijs: Le mètre des Archives.

Aan de hand van de meter werden ook de andere maten vastgelegd: de liter = 1 dm³,  de kilo = gewicht van 1 liter water.

(sinds 1960 SI-stelsel) (SI = Système International d'unités).

 

 

Napoleonsweg (Voorbeeld Parijs-Amsterdam, In België het gedeelte tussen Antwerpen en Breda, via Brasschaat en Wuustwezel). 

    = rechte verbindingsweg tussen grote steden met de bedoeling om legers snel te kunnen verplaatsen.

    Bomen aan weerszijden van de wegen voor schaduw.

 

 

Dienstplicht

Lotelingen. Laag nummer vrijgeloot, hoog nummer erin geloot. Konden ruilen, meestal tegen betaling.

zie fragment DE LOTELING: 0.37 tot 0.52  en 2.37 tot 3.00 (eerst erin geloot, dan vrijgeloot)

                                         Hooi - strooi = 0.55 tot 01.08

 

 

De Code Napoleon

Burgerlijk wetboek opgesteld in opdracht van Napoleon. 1804.

In zijn mémoires schrijft Napoleon:  "Ma vraie gloire n’est pas d’avoir gagné quarante batailles. Waterloo effacera le souvenir de tant de victoires. Ce que rien n’effacera, ce qui vivra éternellement, c’est mon Code civil." (vertaling: Mijn echte roem komt niet van het feit dat ik veertig veldslagen heb gewonnen. De herinnering aan Waterloo zal zovele overwinningen uitwissen. Wat door niets zal worden uitgewist, wat eeuwig zal voortbestaan, is mijn Code civil.)

 

De burgerlijke stand. Voornaam en familienaam worden verplicht, de schrijfwijze (spelling) van de namen blijft gehandhaafd voor de erfgenamen. De legende als zouden Nederlanders dit tegengewerkt hebben door dwaze namen als Naaktgeboren en Poepje enz. is een legende. In werkelijkheid bestonden die namen al (Naaktgeboren komt van Nachgeborne). Namen als Vande enz. zouden wel uit de Franse tijd afkomstig kunnen zijn. Wie geen familienaam had kreeg er een van de ambtenaar die willekeurig uit een tekst een fragment nam (zo wordt beweerd).

 

De Stelling van Napoleon (Driehoek van Napoleon)

Teken een willekeurige driehoek. Teken op elke zijde een gelijkzijdige driehoek (ofwel naar binnen ofwel naar buiten). Teken de zwaartelijnen (naar midden van de overstaande zijde) en verbind de zwaartepunten. Zo ontstaat een gelijkzijdige driehoek.

 

 

Suiker uit bieten.

Na de Franse Revolutie kwam door de Britse blokkade van continentaal Europa de invoer van rietsuiker onder druk te staan, en werd de prijs zeer hoog. Men ging daarom op zoek naar vervanging van suikerriet door een alternatief. Eerder, aan het begin van de 17e eeuw, had de Fransman Olivier de Serres al suikerkristallen in bieten ontdekt. De Duitser Andreas Marggraf slaagde er in 1747 in om het sap uit de bieten en wortelen te halen en de suiker te kristalliseren. Franz Carl Achard verbeterde door selectieve teelt het suikergehalte van de Silezische voederbiet, zodat de "suikerbiet" ontstond en hij stichtte in 1802 de eerste suikerfabriek. De suikerbieten bevatten toen nog slechts 6% suiker. Benjamin Delessert verbeterde de zuivering.

 

Napoleon kreeg interesse in het nieuwe product en wees veel gebieden aan waarop voortaan suikerbieten moesten worden geteeld. Charles-François Lebrun, de prins-stadhouder propageerde de suikerbiet in de Nederlanden.

 

Toen de oorlogen waren afgelopen, stortte de teelt van suikerbieten weer in, omdat rietsuiker weer goedkoop werd. Na de afschaffing van de slavernij steeg de prijs van het suikerriet opnieuw. De suikerrietplantages werden namelijk voordien bemand met slaven, een zeer goedkope vorm van arbeid.

 

Suikerbieten

 

 

 

Bonapartedok (Antwerpen) en Bonapartesluis

Napoleon wilde van Antwerpen zijn belangrijkste haven maken. Om minder afhankelijk te zijn van eb en vloed liet hij een dok graven. Het heet nu: Bonapartedok.

"Een pistool gericht op Engeland"

Het dok was met de Schelde verbonden via de Bonapartesluis. In 1976 werd de sluis gedempt.

 

Bonapartedok met het MAS

 

Jacques-Louis David (1748 - 1825)

Huisschilder van de revolutie. Was actief betrokken bij de revolutie, ondertekende mee het doodvonnis van Lodewijk XVI. Hij was goed bevriend met de aanvoerders van het Schrikbewind: Robespierre, Marat. Later uit Frankrijk verbannen, woonde en werkte hij in Brussel, waar hij ook begraven werd. Zijn hart ligt in Parijs begraven.

Zijn bekendste schilderijen zijn: De moord op Marat en De kroning van keizerin Joséphine

 

 

Zelfportret van Jacques-Louis David

 

Marie-Antoinette vlak voor haar executie op de guillotine

 

De kroning van Joséphine tot keizerin.

 

Portret van Napoleon

 

Napoleon trekt over de bergpas van de Grote Sint-Bernard.

 

De moord op Marat

 

 

Eugène Delacroix  (1798 - 1863)

Zoon van Charles Delacroix, minister uit het Franse Directoire

Leerling van Jacques-Louis David

Schilderij: De Vrijheid leidt het volk. Meest beroemde schilderij over de revolutie. Hoofdfiguur is Marianne, het nationale symbool van Frankrijk. Dit schilderij is het meest gekopieerde schilderij van Frankrijk. Het hangt nu in Louvre-Lens.

 

  Eugène Delacroix

 

De Vrijheid leidt het volk

 

 

Egyptologie, De Steen van Rosetta

 

De Steen van Rosetta of steen van Rosette, is een donkere granieten steen (van 112 bij 76 cm) die in juli 1799 in Egypte door Franse genietroepen werd ontdekt bij werkzaamheden aan het fort St. Julien (nu Quaitbay) bij de Egyptische plaats Rosetta (nu El Rashid). Op de steen staat op drie verschillende manieren een tekst geschreven: in het Egyptisch door middel van Egyptische hiërogliefen in het Egyptisch door middel van demotisch schrift en in het Grieks alfabet. P T O L M I I S

Hierdoor bleek de steen een belangrijke sleutel te zijn voor het ontcijferen van hiërogliefen door Thomas Young en Jean-François Champollion. Deze laatste lukte dat als eerste definitief in 1822. Dit leidde tot begrip van de betekenis van hiërogliefen, die vele eeuwen onontcijferd waren gebleven, en dus tot vele andere vertalingen. De tekst op de steen is een dankbetuiging van de priesters van Memphis aan koning Ptolemaeus V Epiphanes. De tekst is gedateerd op 27 maart van het jaar 196 v.C. Later zijn nog twee andere decreten gevonden, het decreet van Canopus (1866) en het decreet van Memphis (1902). Ook deze decreten waren tweetalig en in drie schriften en gaven daarmee verdere informatie over het demotisch en hiëroglyfisch schrift en de Egyptische taal. Steen van Rosetta De steen van Rosetta kan worden bezichtigd in het British Museum in Londen, waar hij al sinds 1802 wordt bewaard. In Figeac, de geboorteplaats van Champollion, bevindt zich een kopie van de Steen van Rosetta evenals in het fort waar de steen in 1799 is gevonden. In Nederland is een kopie te vinden in het Rijksmuseum van Oudheden in Leiden en in het Allard Pierson Museum in Amsterdam.

 

  Steen van Rosetta: bovenaan hiërogliefen, midden demotisch schrift, onderaan Grieks schrift.

 

De veldtocht in Egypte en de oudheden die het leger na afloop meebracht naar Europa veroorzaakten een golf van Egyptologie in Europa. Gebouwen, meubels en afbeeldingen werden in 'Egyptische stijl' gemaakt. Deze stijl noemt men 'Empire'.

Napoleon was een bewonderaar van de Egyptische cultuur, vandaar dat in de empirestijl elementen en patronen uit de Oud-Egyptische en Romeinse bouwkunst werden toegepast. Hij deed inspiratie op bij zijn veldslagen en roofde vele kunstschatten uit het land om ze naar Parijs te brengen. De stijl is verwant aan de classicistische Lodewijk de XVI-stijl. Typerend zijn het gebruik van verguldingen, militaria, sfinxen, palmetten en felle, rijke pastelkleuren. Napoleon liet overal waar hij kwam de lokale burgerij kennismaken met zijn empirestijl. Zodoende kende de stijl een korte maar heftige bloeiperiode in Europa.

Troonzaal van Napoleon in empirestijl

 

Stoelen in empirestijl

 

Tafel in empirestijl

 

Monumenten ter herinnering aan Napoleon

 

heuvel met toren ter herinnering aan de slag bij Austerlitz. Nederland.

 

 

 

Waterloo in 1851

 

 

Waterloo in 2005

 

Het slagveld gezien vanaf de top van de heuvel. Met een kaart van de opstelling van de legers.

 

De kaart van de opstelling van de legers

 

De leeuw kijkt in de richting van Frankrijk.

 

 

***

 

 

De Verklaring van de rechten van de mens en van de burger

(Déclaration des droits de l'homme et du citoyen, 26 augustus 1789)

De afgevaardigden van het Franse volk, in nationale vergadering bijeengekomen, beschouwen het onbekend zijn met, het vergeten of minachten van de rechten van de mens als de enige oorzaken van het algemeen ongelukkig zijn en de verdorvenheid der regeringen; daarom hebben zij besloten om de natuurlijke, onvervreemdbare en heilige rechten van de mens in een plechtige verklaring uiteen te zetten, opdat de gehele samenleving altijd over deze verklaring zal kunnen beschikken en zich haar rechten en plichten voortdurend zal herinneren; opdat de handelingen van de wetgevende en uitvoerende macht op ieder ogenblik met het einddoel van alle politieke bepalingen vergeleken en zo beter gecontroleerd kunnen worden; opdat de op eenvoudige en onweerlegbare principes gegrondveste eisen van de burgers in de toekomst steeds op het in stand houden van de grondwet en het algemeen welzijn gericht mogen zijn.

Bijgevolg erkent en verklaart de nationale vergadering in aanwezigheid en onder bescherming van het Opperwezen, de volgende rechten van de mens en van de burger:

1 De mensen worden vrij en met gelijke rechten geboren en blijven dit. Maatschappelijke verschillen kunnen slechts op het algemeen welzijn gebaseerd worden.

2 Het doel van iedere politieke vereniging is het behoud van de natuurlijke en onvervreemdbare rechten van de mens; deze rechten zijn de vrijheid, het bezit, de veiligheid en het verzet tegen onderdrukking.

3 De oorsprong van iedere soevereiniteit ligt wezenlijk bij het volk. Geen instantie, geen individu kan gezag uitoefenen dat daar niet uitdrukkelijk uit voortkomt.

4 De vrijheid bestaat daaruit, alles te kunnen doen wat een ander niet schaadt. Zo heeft de uitoefening van de natuurlijke rechten van ieder mens alleen deze grenzen die aan de andere leden van de maatschappij het genot verzekeren van dezelfde rechten. Deze grenzen kunnen alleen bij wet vastgelegd worden.

5 De wet heeft slechts het recht handelingen te verbieden, die schadelijk zijn voor de maatschappij. Alles wat niet door de wet verboden is, kan niet worden verhinderd en niemand kan gedwongen worden te doen, wat de wet niet verordent.

6 De wet is de uitdrukking van de algemene wil. Alle burgers hebben het recht, persoonlijk of door hun vertegenwoordigers, aan haar totstandkoming mee te werken. Zij moet voor iedereen dezelfde zijn, hetzij ze beschermt, hetzij ze straft. Daar alle burgers in haar ogen gelijk zijn, kunnen zij in gelijke mate toegelaten worden tot alle waardigheden, plaatsen en openbare ambten volgens hun bekwaamheden en zonder ander onderscheid dan die van hun deugden en talenten.

7 Niemand kan beschuldigd, aangehouden of gevangen worden dan in bij de wet bepaalde gevallen en in de vormen, die zij heeft voorgeschreven. Ieder die daden naar willekeur nastreeft, bevordert, pleegt of laat plegen, moet gestraft worden; maar iedere burger die door een wet wordt opgeroepen of gevangen, moet ogenblikkelijk gehoorzamen; door weerstand te bieden maakt men zich schuldig

8 De wet kan slechts strikte en weliswaar noodzakelijke straffen opleggen, en niemand kan gestraft worden dan door een wet die is vastgesteld en uitgevaardigd voorafgaand aan het delict en op wettige wijze toegepast.

9 Ieder mens wordt als onschuldig beschouwd tot wanneer hij schuldig wordt verklaard; daarom moet, indien zijn aanhouding onvermijdelijk is, ieder gebruik van geweld dat niet dient om de verdachte gevangen te nemen, van rechtswege streng onderdrukt worden.

10 Niemand mag vanwege zijn opvattingen, ook niet godsdienstige, worden lastig gevallen, in zoverre dat hun uiting de door de wet ingestelde openbare orde niet verstoort.

11 De vrije uitwisseling van gedachten en meningen is een van de meest kostbare rechten van de mens; iedere burger kan dus vrijelijk spreken, schrijven en drukken, behoudens en bij de wet omschreven gevallen, waarin hij van deze vrijheid misbruik maakt.

12 De waarborg van de rechten van de mens en van de burger vereisen een politiemacht; deze macht is dus ingesteld voor het voordeel van allen en niet voor het particulier gebruik van hen aan wie ze is toevertrouwd.

13 Voor het onderhouden van de politie en voor de uitgaven van de administratie is een algemene belasting noodzakelijk, zij moet gelijk verdeeld worden onder de burgers in verhouding tot hun middelen.

14 De burgers hebben het recht zelf of door hun vertegenwoordigers de noodzaak van een openbare belasting te onderzoeken, haar goed te keuren, de aanwending ervan te controleren en haar onderdelen, grondslag, invordering en duur te bepalen.

15 De maatschappij heeft het recht rekenschap te vragen aan iedere openbare ambtenaar voor zijn bestuur

16 Iedere maatschappij waarin de rechten niet gewaarborgd zijn, noch de scheiding der machten is vastgelegd, heeft geen grondwet.

17 Aangezien het eigendom een heilig en onschendbaar recht is, kan niemand ervan beroofd worden, tenzij de openbare noodzakelijkheid, wettelijk vastgesteld, dit vereist en onder voorwaarde van een rechtvaardige en van tevoren vast te stellen schadeloosstelling.

 

 

Dit is een zéér belangrijk document dat later aanleiding geeft tot

1. Universele verklaring van de rechten van de mens (1948) door de Verenigde Naties.

2. Rechten van het kind (1989) door de Verenigde Naties.

 

De beschermde rechten van het kind zijn:

  • voorrang voor het belang van het kind (art. 3)
  • recht op
    • leven (inherent recht, art. 6)
    • een naam en nationaliteit (art. 7-8)
    • gepaste vrije mening (art. 12-15)
    • privacy en een thuis (art. 16), band met de ouders (art. 18)
    • aangepaste informatie (o.a. kinderboeken, art. 17), onderwijs (art. 28-29)
    • de grootst mogelijke geneeskundige verzorging (art. 24-25)
    • sociale zekerheid (art. 26), een toereikende levensstandaard (art. 27)
    • vrije tijd, spel, en dergelijke (art. 31)
  • bijzondere bescherming van
    • pleegkinderen (art. 20), adoptiekinderen (art. 21), vluchtelingen (art. 22)
    • gehandicapte kinderen (art. 23)
    • minderheden (art. 30)
    • kinderen tijdens gewapende conflicten (art. 38)
    • verwaarloosde of misbruikte kinderen (art. 39)
    • kinderen die vervolgd worden voor een strafbaar feit (art. 40)
  • bescherming tegen
    • discriminatie (art. 2)
    • wederrechtelijk overbrengen naar een ander land (art. 11)
    • geweld, misbruik, verwaarlozing (art. 19, art. 36)
    • economische uitbuiting (art. 32)
    • verdovende middelen of drugs (art. 33)
    • seksuele exploitatie en seksueel misbruik (art. 34)
    • ontvoering en kinderhandel (art. 35)
    • foltering, doodstraf, levenslange gevangenisstraf, willekeurige vrijheidsberoving (art. 37)

Het verdrag bevat ook twee aanvullende, facultatieve protocols:

  • protocol gewapende conflicten[2]
  • protocol kindermisbruik[3]